TOELICHTING BIJ DE AFZONDERLIJKE POSTEN VAN DE VENNOOTSCHAPPELIJKE EN DE GROEPSBALANS De grondslagen voor de waardering van deel nemingen en de overige grondslagen van de wijze waarop het eigen vermogen en het resultaat zijn bepaald, zijn voor de vennootschappelijke en groepsjaarrekening gelijk. Derhalve zijn het eigen vermogen en het resultaat gelijk. (x 1.000) Obligaties onder garantie van de binnenlandse overheid Overige obligaties Aandelen Genoteerd Niet genoteerd Leningen met een oorspronkelijke looptijd van twee jaar en langer Leningen verstrekt aan deelnemingen Lopende interest van vorderingen Overige debiteuren en transitoria Vennootschappelijke Groepsbalans balans 1990 1989 1990 1989 21.921 21.933 26.295 27.765 46.669 53.630 21.921 21.933 72.964 81.395 7.500 7.500 7.500 7.500 3.217 4.024 3.217 4.024 14.661 11.501 14.661 11.501 25.378 23.025 25.378 23.025 10.717 11.524 10.717 11.524 14.661 11.501 14.661 11.501 25.378 23.025 25.378 23.025 267.751 197.088 357.746 284.936 116.578 114.452 7.730 6.949 36.528 116.538 55.663 137.365 37.937 47.722 50.257 58.268 458.794 475.800 471.396 487.518 24 KAS, KASSIERS EN BANKIERS Kas- en terstond opeisbare bank- en girosaldi Niet terstond opeisbare middelen, welke op korte termijn zijn vastgelegd EFFECTEN DEBITEUREN

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Friesch-Groningsche Hypotheekbank / FGH Bank | 1990 | | pagina 26