resulteerden in provisie-inkomsten, die per saldo ruim 1 mln hoger lagen dan in het vorige boekjaar. Het interestsaldo daarentegen vertoonde een niet onaanzienlijke daling. Als oorzaken hiervan kunnen worden genoemd de in vergelijking tot 1982 gemiddeld gedaalde omvang van de hypothecaire portefeuille, de achteruitgang van het eigen vermo gen en de lagere opbrengst van dit vermogen als gevolg van de lagere rentestand. betreffende het Vastgoedbedrijf en andere diversificaties Deze sector boekte in 1983 een negatief bedrijfsresultaat ad 5,8 mln tegenover een positief resultaat van 5,7 mln in 1982. De diverse baten en lasten bedroegen per saldo 5,5 mln, zodat het brutoresultaat negatief 0,3 mln bedroeg. De belangrijkste oorzaak daarvan is het achterblijven met 55 mln van de verkoop resultaten in vergelijking met het boekjaar 1982. In dat jaar werd door de verkoop van enkele zeer grote objecten een winst van 73 mln gerealiseerd, waarvan 46 mln in minderheidsdeelnemingen. In het afgelopen boekjaar werden verkoopwinsten gerealiseerd van 18 mln, waarvan 8 mln in minderheidsdeelnemingen. Tegenover deze lagere inkomsten stonden in vergelijking met het vorig jaar lagere lasten ten bedrage van 5,2 mln uit hoofde van 1976 1977 1978 1979 1980 1981 1982 Omzet Nederlandse obligaties en pandbrieven in miljarden guldens 60 Nederlandse obligaties en pandbrieven Pandbrieven 50

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Friesch-Groningsche Hypotheekbank / FGH Bank | 1983 | | pagina 24