Wat betreft onze buitenlandse vastgoedactiviteiten vermelden wij
het volgende.
In België werden geen nieuwe ontwikkelingsactiviteiten ter hand
genomen; onze portefeuille bestaat thans nog uit een in aanbouw
zijnd kantoorgebouw van 10.Q00 m2 op eerste locatie in Brussel en
een 40-tal appartementen, eveneens in Brussel. Beide projecten
zullen na turnkey oplevering worden verkocht.
In de Bondsrepubliek Duitsland hebben wij een 50% belang in een
te ontwikkelen woningbouwproject van 200 eenheden in Neu
Wulmstorf, alsmede in een in voorbereiding zijnd verblijfsrecreatie-
park in Zeltingen.
In Frankrijk verliep de verkoop van onze projecten, de minder
gunstige omstandigheden in aanmerking genomen, goed.
Verwacht wordt dat in 1984, na verkoop van enkele overgebleven
flats, de projecten St. Raphael geheel zullen kunnen worden
afgesloten. Onze portefeuille bestaat dan nog uit het project Cannes
Marina, waarvan twee gebouwen in aanbouw en twee in ontwikke
ling zijn, uit twee projecten in Fréjus waarvan de aanbouw en
verkoop inmiddels zijn gestart, alsmede uit drie bouwmogelijk
heden, waarvan twee in Cannes Marina en één in Fréjus. Onze
organisatie in Frankrijk werd in overeenstemming gebracht met
het verminderde aantal in voorbereiding zijnde projecten.
In Engeland werden, zoals in het verslag over het voorgaande
boekjaar reeds aangekondigd, onze belangen ingebracht in
'New England Properties plc', in welke vastgoedmaatschappij wij
ultimo 1983 participeren voor ruim 20%.
In de Verenigde Staten zijn vijf projecten in ontwikkeling of in
exploitatie in samenwerking met Bredero (Brefries) en bestaat de
portefeuille van Dutch Property Investments Ltd. uit een 11-tal
onroerend goed projecten.
Concernfinanciering
Zoals reeds in de inleiding werd vermeld, konden in 1983
voldoende middelen worden aangetrokken. Door het grote beslag
dat de Staat in 1983 op de open kapitaalmarkt legde, en door de Kapi1
problemen in de bedrijfstak, was de ruimte voor plaatsing van onze rente
pandbrief echter beperkt. In 1983 werd in totaal een bedrag lan9'
aangetrokken van rond 475 mln (onderhands rond 250 mln, in 'enm
de vorm van pandbrieven rond 225 mln). Daarnaast werd door
FGH Finance nv, Nederlandse Antillen, op de Euromarkt een
$-floater geplaatst groot 20 mln. Ned<
Na een rentedaling in de eerste maanden van 1983 begon, na de
revaluatie in april, de kapitaalmarktrente weer te stijgen totdat in
juni een hoogste staatsleningniveau van 91/2% werd bereikt. Hierna r°°
zette zich een rentedaling in onder invloed van de dalende inflatie, I
het internationaal dalend renteniveau en het herstel van het inter
nationale vertrouwen in de nederlandse gulden; door het beleid
van De Nederlandsche Bank werd deze tendens bevorderd.
Voor de verdere uitbouw van ons bedrijf zal ook in 1984 veel aan
dacht worden besteed aan speciale financieringsvormen waarbij
looptijd, rentestelling en valutasoort aansluiten bij de behoeften
van zowel ons nederlandse als ons internationale bedrijf.
18