algemeen in positieve zin inhaken op de meer gecompliceerde
omstandigheden.
Wat het arbeidsvoorwaardenbeleid betreft houden wij als niet
cao-gebonden bedrijf rekening met de ontwikkelingen in de
aanverwante bedrijfstakken. De op inkomensnivellering gerichte
overheidsmaatregelen geven in toenemende mate problemen. Het
gevolg is dat in de organisatie hier en daar spanningen gaan optreden.
Het wa re te wensen dat regering en parlement voor dit aspect meer ooq
krijgen.
Zoals reeds in het vorige jaarverslag vermeld, is in verband met de
verplaatsing van ons hoofdkantoor van Amsterdam naar Utrecht een
verhuisregeling ingevoerd. De slechte situatie op de woningmarkt heeft
er in 1981 toe geleid dat ervan deze regeling minder gebruikgemaakt is
dan gepland. Wij verwachten dat, nu de verhuizing rond de a.s. jaar
wisseling zal plaatsvinden, in 1982 het aantal verhuizingen zal
toenemen.
De samenwerking met de ondernemingsraad stemt tot voldoening.
De positief kritische wijze waarop de o.r. zich opstelt draagt belangrijk
bij tot een goede besluitvorming.
In 1981 is het aantal medewerkers (financieringsbedrijf en vastgoed)
vrijwel constant gebleven.
Er zijn ca. 40 medewerkers intern overgeplaatst en een ongeveer gelijk
aantal vacatures zijn vervuld door het aantrekken van nieuwe
medewerkers.
Ultimo 1981 waren 374 medewerkers bij FGH werkzaam. Inclusief
Gebam, Kok en Van Haften is dit aantal 970.
Het niveau van onze bedrijfsactiviteiten maakt het noodzakelijk de groei
van ons personeelsbestand zo veel mogelijk te beperken.
Diversificaties
De diversificaties van FGH hebben diverse raakvlakken met de bancaire
kant en de vastgoed kant van het kernbedrijf. Zij omvatten de
Kok Groep (beheer en makelaardij van vastgoed, assurantie
bemiddeling), Gebam (bouwbedrijf) en Van Haften Co (bank- en
effectenbedrijf). Het beleid is er op gericht de activiteiten van de
diversificaties, waar dat noodzakelijk is, beterte coördineren. Daartoe is
per 1 januari 1982 het direktoraat Diversificaties gevormd dat tot taak
heeft de aansluiting van de activiteiten van de diversificaties zowel
onderling als met het kernbedrijf te versterken.
De Kok Groep kwam tot een positief resultaat; het blijft echter een
probleem dat de honorering van de geleverde diensten de neiging heeft
achter te blijven bij de stijgende kosten. Deze kostenstijgingen zijn
enerzijds een gevolg van de toenemende overheidsbemoeienis met het
wonen en anderzijds van de moeilijkere economische omstandig
heden. De stijgende woonlasten, in relatie met de neerwaarts gerichte
inkomensontwikkeling, hebben immers tot gevolg dat het betalings
gedrag van huurders aanmerkelijk verslechtert.
Verder wordt een goed beheer in een groeiend aantal gevallen
bemoeilijkt door de activiteit van actiegroepen. Daar staat tegenover
dat door de stagnatie op de markt voor koopwoningen eigenaren van
die woningen in een aantal gevallen overgaan tot verhuur, waardoor de
beheersportefeuille toeneemt.
Na de sterke groei in 1980, mede als gevolg van het in beheer krijgen
van enkele grote portefeuilles, heeft het aantal eenheden in beheerzich
