Verslag van de raad van bestuur
Inleiding
Bij het verschijnen van het jaarverslag over 1980 spraken wij de
verwachting uit dat de nettowinst in 1981 een verdere teruggang te zien
zou geven.
De moeilijke marktomstandigheden, waarover meer elders in dit
verslag, hebben daar inderdaad toe geleid. Het is echter verheugend en
bemoedigend dat de operationele winstcapaciteit goed op peil is
gebleven. De bruto concernwinst (vóór belastingen en vóórtoevoeging
aan de voorziening voor algemene risico's) vertoonde weliswaar een
geringe daling ten opzichte van het vorige jaar doch bleef-de malaise
in de bedrijfstak in aanmerking genomen op het relatief hoge niveau
van 66,1 mln. Dat dit een alleszins bevredigend resultaat is komt nog
sterker tot uiting wanneer men bedenkt dat deze bedrijfsuitkomst tot
stand is gekomen nadat in de vastgoed sector voorzieningen zijn
getroffen tot een totaalbedrag van 32,7 mln.
Het selectieve beleid dat wij in 1981 terzake van onze hypotheek-
portefeuille hebben gevoerd, had een daling van de portefeuille-
omvang van 6.257,6 mln ultimo 1980 tot 6.212,3 mln ultimo 1981 tot
gevolg. Daarnaast hebben de marktontwikkelingen uiteraard het risico-
element in onze portefeuille geaccentueerd.
Operationele verliezen van een aantal van onze debiteuren, gepaard
aan een zeer sterke daling van de prijzen van vastgoed in sommige
sectoren, zijn hiervan de voornaamste oorzaken.
De conclusie die wij uit de economische situatie trekken is dat wij
vooralsnog niet moeten rekenen met een groei van onze bedrijfs
activiteiten en evenmin met een vermindering van de aanwezige
risico's. Wij achten dan ook een forse toevoeging aan de v.a.r. 32,5
mln tegen f 14 mln verleden jaar) gewenst. Rekening houdend met de
fiscaliteit kunnen met deze toevoegingen verliezen op debiteuren tot
ca. het tweevoudige bedrag worden geabsorbeerd.
In het jaarverslag over 1980 maakten wij reeds melding van de
noodzaak om, bij voortduring van de slechte economische situatie, het
dividend te verlagen. Wij stellen een dividend voor van 3,50 per
10,-van een aandeel (1980: ƒ4,30). Deze relatief geringe verlaging is
mede ingegeven door onze overweging, dat bij gelijkblijvende
omstandigheden, de verwachte daling van de bedrijfswinst in 1982
beperkt zal blijven. Wij hebben het vertrouwen dat op wat langere
termijn de onroerend goed markt zich van de hier en daar optredende
overreactie zal herstellen, hetgeen onze winstcapaciteit ten goede zal
komen.
Onze medewerkers komt veel waardering toe voor de wijze waarop zij
zich ingezet hebben voor ons bedrijf.
De ontwikkelingen op de vastgoedmarkt in Nederland
In 1981 is de vraag op de woningmarkt verder teruggelopen. Als
verklarende factoren noemen wij de moeilijke verkoopbaarheid van de
bestaande woning, de verwachting dat de eigen bestedingsruimte
afneemt door inkomensvermindering en door de stijgende woonlasten
(energie), de nog steeds hoge rente en de bedreiging van een beperking
van de renteaftrek, al is wat dit laatste betreft de politieke discussie nog
steeds gaande.
13