Toelichting
Algemeen
De deelnemingen worden gewaardeerd tegen de intrinsieke waarde.
In overeenstemming daarmee wordt in de geconsolideerde
resultatenrekening het door de deelnemingen behaalde resultaat
verantwoord, alsmede het bedrag dat bij de deelnemingen wordt
ingehouden.
Zowel de vorderingen uit hoofde van de actieve financiering als
de schulden uit hoofde van de passieve financiering worden
gewaardeerd op de nominale waarde. Ter dekking van het
algemene risico uit hoofde van de kredietverlening is een
voorziening als bedoeld in artikel 329 van Boek 2 BW gevormd
welke is opgenomen onder 'Crediteuren en transitoria'.
De effecten worden gewaardeerd tegen aankoopprijs of lagere
beurswaarde.
Bij de berekening van het resultaat worden de interest-baten en
-lasten, evenals de overige baten en lasten, verantwoord in het jaar,
waarop ze betrekking hebben.
De éénmalige baten (afsluitcommissie, etc.) en kosten (provisie,
etc.) verbonden aan de actieve en passieve financiering, worden
verantwoord in de resultatenrekening van het jaar waarin de gelden
worden uitgezet resp. opgenomen.
De in de resultatenrekening opgenomen vennootschapsbelasting
is berekend over het saldo dezer rekening met inachtneming van
vrijgestelde winstbestanddelen.
De grondslagen van waardering en resultatenbepaling voor de
jaarrekening van de Friesch-Groningsche Hypotheekbank nv zijn
gelijk aan die voor de geconsolideerde jaarrekening. Bij de
onderstaande toelichting zijn uitsluitend de cijfers der geconsoli
deerde jaarrekening vermeld. Voor de namen en zetels der
meerderheidsdeelnemingen wordt verwezen naar de bij het
Handelsregister te Amsterdam gedeponeerde lijst.
Geconsolideerde resultaten reken i ng
Ter aanvulling van de specificatie
in de resultatenrekening volgt
hieronder de onderverdeling
van de post 'Algemene kosten': 1978 1977
Salarissen en sociale lasten 18.369.000 15.866.000
Overige kosten 5.248.000 5.068.000
Vaste beloningen van
commissarissen 44.000 44.000
23.661.000 20.978.000
Het aantal commissarissen bedroeg
gedurende het gehele boekjaar: zes;
geen der commissarissen was onbezoldigd.
30