Preadvies van de raad van commissarissen
Aan aandeelhouders
Op grond van het door ons uitgeoefende toezicht en voorgelicht
door Van Dien Co, accountants, die verslag van het onderzoek
hebben gedaan en een goedkeurende verklaring hebben afgegeven,
hebben wij de jaarrekening 1977 vastgesteld, zoals weergegeven
op pagina 46 en 47, alsmede de geconsolideerde jaarcijfers van
het financieringsbedrijf en de gecombineerde jaarcijfers van de
vastgoedmaatschappijen en andere diversificaties en bijbehorende
toelichtingen, zoals opgenomen op pagina 26 en volgende van dit
jaarverslag.
Met de door de Raad van Bestuur vastgestelde reserveringen gaan
wij akkoord. Wij adviseren U de jaarrekening conform de in dit
jaarverslag gepresenteerde stukken goed te keuren.
Per de datum van de op 26 april 1977 gehouden algemene
vergadering van aandeelhouders werden de volgens rooster
aftredende commissarissen de Heren Mr. P. M. H. van Boven en
Ir. J. Loopuyt opnieuw benoemd.
Tevens maakten wij in deze vergadering ons voornemen bekend
de Heer Mr. Ph. A. J. Mees, die volgens rooster per de datum van
de jaarvergadering in 1978 aftredende is, opnieuw te benoemen.
In de buitengewone vergadering van aandeelhouders van
24 oktober 1977 bleek bij aandeelhouders geen bezwaar tegen
dit voornemen te bestaan. De ondernemingsraad had voordien al
te kennen gegeven van zijn recht van bezwaar in deze geen
gebruik te willen maken.
Aan de algemene vergadering van aandeelhouders van 26 april
1977 gaven wij voorts kennis van ons besluit om per 1 mei 1977
de Heren G.J. Jansen en A.C. van Uchelen te benoemen tot lid
van de Raad van Bestuur.
Wij willen besluiten met onze dank te betuigen voor de wijze,
waarop de Raad van Bestuur zijn taak in het afgelopen jaar heeft
verricht. Ook sluiten wij ons gaarne aan bij de woorden van dank
van de Raad van Bestuur aan alle medewerkers.
Amsterdam, 8 maart 1978
De Raad van Commissarissen:
Ph.C. M. van .Campen, voorzitter
5