preadvies van de raad van commissarissen aan aandeelhouders 8 Op grond van het door ons uitgeoefende toezicht en voorgelicht door Van Dien Co., accountants, die een goedkeurende ver klaring hebben afgegeven, hebben wij de jaarrekening 1976 vast gesteld, zoals weergegeven op pagina 46 en 47, alsmede de geconsolideerde jaarcijfers en bijbehorende toelichting, zoals opgenomen op pagina 24 en volgende van dit jaarverslag. Met de door de Raad van Bestuur vastgestelde reserveringen gaan wij akkoord. Wij adviseren U de jaarrekening conform de in dit jaarverslag gepresenteerde stukken goed te keuren. In het afgelopen jaar werden de volgens rooster aftredende commissarissen, de heren Mr. Ph. C. M. van Campen en Drs. A. W. J. Caron, per de datum van de jaarvergadering van 26 april 1976 opnieuw benoemd. In deze vergadering maakten wij tevens ons voornemen bekend de heren Mr. P. M. H. van Boven en Ir. J. Loopuyt, die volgens rooster per de datum van de in 1977 te houden jaarvergadering aftreden, opnieuw te benoemen. In de algemene vergadering van aandeelhouders van 26 april 1976 deden wij U mededeling van het feit, dat de heer Drs. H. Hietink zijn functie van lid van de Raad van Bestuur in het begin van die maand had neergelegd. Per 1 september 1976 vond de benoeming plaats van de heren G. J. Jansen en A. C. van Uchelen tot plaatsvervangend lid van de Raad van Bestuur. Wij willen besluiten met onze dank te betuigen voor de wijze waarop de Raad van Bestuur zijn taak in het afgelopen jaar heeft vervuld. Voorts sluiten wij ons gaarne aan bij de woorden van dank door de Raad van Bestuur gericht aan alle medewerkers. Amsterdam, 2 maart 1977. De Raad van Commissarissen: Ph. C. M. van Campen, voorzitter

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Friesch-Groningsche Hypotheekbank / FGH Bank | 1976 | | pagina 10