voor de ondernemingsraad zal hebben goedgekeurd, zal de verkiezing van de leden kunnen plaatsvinden. Ons streven is er op gericht het gehele personeel zoveel moge- lijk bij het functioneren van de ondernemingsraad te betrekken. In het verslagjaar werden in aansluiting op de wijziging van het beloningssysteem, waarover wij het vorige jaar mededeling deden, de pensioenvoorzieningen voor onze medewerkers aanzienlijk verbeterd. Ook in de overige arbeidsvoorwaarden vonden verdere aanpassingen plaats. Personalia Per 31 december 1971 hebben de Heren Mr.F.C.Kleyn en J. de Ruiter hun functie van lid van de Raad van Bestuur neergelegd. Wij willen op deze plaats onze erkentehjkheid uitspreken voor de collegiale wijze, waarop zij hun taak als lid van de Raad van Bestuur hebben verricht. Per 1 januari 1972 is de Heer Ir. N. Snijders, die door de buitengewone algemene vergadering van aandeelhouders van 5 november 1971 tot lid van de Raad van Bestuur werd benoemd, in functie getreden. Op 22 januari 1972 ontvingen wij het bericht van het overlijden van onze commissaris Mr. M. P. L. Steenberghe. Met zijn brede maatschappebjke ervaring, zijn grote kennis op velerlei terrein en zijn vermogen om problemen tot hun essenties terug te brengen, heeft hij ons steeds met waardevolle adviezen terzijde gestaan. Wij zullen ons de Heer Steenberghe blijven herinneren als 14 een markante persoonkjkheid met een zeer attente geest. Op 1 augustus 1971 verbet de Heer A.Balkema - na een dienstverband van 37 jaren - wegens het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd onze dienst. Gaarne betuigen wij de Heer Balkema onze dank voor de wijze, waarop hij zijn verschillende functies in ons bedrijf - de laatste jaren als directeur van onze kantoren Den Haag en Rotterdam - met grote inzet heeft vervuld. Financiële verslaglegging en bedrijfsresultaten De wijze van opstellen van de financiële verslaglegging onderging geen principiële verandering ten opzichte van die over het boekjaar 1970. Uit de op bladzijde 18 opgenomen geconsolideerde resultatenrekening van het fmancieringsbedrijf bbjkt, dat in 1971 het totaal van de netto baten is gestegen met 15 en dat der lasten met 9 waar door de winst per saldo d: ƒ2,5 miljoen hoger uitkomt dan in 1970. Van deze meerdere winst is circa 1.450.000, benodigd voor hogere vennootschapsbelasting en is rond 500.000,meer toegevoegd aan de open reserves. Aan de reserve voor algemene risico’s werd circa 320.000,— meer toegevoegd dan in 1970; de winstuitkeringen namen toe met circa 220.000, In de op bladzijde 6 gepubliceerde kerncijfers hebben wij thans ook de winst per volgestort aandeel opgenomen; een naar onze mening belangrijk gegeven voor de beoordeling van de fentabihteit. De omstandigheid, dat slechts een deel van de aandelen is volgestort, maakt een toelichting op de berekening van dit cijfer wensebjk. Deze berekening

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Friesch-Groningsche Hypotheekbank / FGH Bank | 1971 | | pagina 18