Verslag van de raad van bestuur Inleiding Het financieringsbedrijf In de loop van het boekjaar nam de overbesteding hand over hand toe, hetgeen zich onder meer uitte in de hoogte van de kapitaalrente. Zonder kapitaalimport, waaruit vertrouwen in onze valuta bleek, zou de kapitaalschaarste nog veel aanzienlijker zijn geweest. De hoogte en de beweging van de kapitaalrente heeft, daar onze primaire functie bestaat uit het aantrekken van kapitaal en het uitlenen daarvan, uiteraard een belangrijke invloed op onze resultaten. Ons beleid blijft er op gericht om ook bij een terugval van de kapitaalrente de ontwikkeling van de winst zoveel mogelijk te stabiliseren. Het beleid heeft over het afgelopen jaar daarom weer twee kenmerken gehad: enerzijds een zo verantwoord mogelijk op elkaar afstemmen van de omloopsnelheid van de actieve en passieve financiering, anderzijds het leggen van een extra accent op de ontwikkeling en verwerving van geselecteerd vastgoed. De verdere uitbreiding van onze vastgoedsector heeft een winstverschuiving naar de toekomst tot gevolg. Juist bij goed geselecteerd vastgoed moet men als het ware in het rendement groeien. Wij verwachten dat door dit beleid onze aandelen meer en meer het karakter van een groeifonds gaan krijgen. Voor onze aandeelhouders wordt een beter inzicht in de waarde van ons vastgoedbezit en in het bijzonder in het accres daarvan derhalve van steeds groter belang. Het geven van een inzicht in de waarde van vastgoed is geen eenvoudige zaak. Een aantal jaren geleden heerste bij het publiek nog de over tuiging, dat vastgoed de beste belegging was. Deze mening vloeide voort uit het feit, dat de opbrengst bij verkoop van vastgoed veelal aanmerkelijk hoger lag dan de bij aankoop 10 betaalde koopsom. De laatste jaren heeft men echter vaak tegen overgestelde ervaringen opgedaan. De verklaring hiervoor moet worden gevonden in de vele factoren, die in hun vaak tegen gestelde werking de waarde van vastgoed op een gegeven moment bepalen. Wij willen op het waardebegrip in het verloop van dit verslag verder ingaan om aan de hand van de ons ter beschikking staande interne gegevens een nadere indicering van de waarde van ons vastgoedbezit te geven. In de jaarrekening van de vastgoedmaatschappijen is het vastgoed echter, zoals tot nu toe gebruikelijk, opgenomen voor de verwervingskosten verminderd met de toegepaste afschrijvingen. In het in juli 1970 verschenen halfjaaroverzicht hebben wij vermeld, dat de verdere verkrapping van de kapitaalmarkt ons de pas deed inhouden bij de verstrekking van hypothecaire leningen. In het tweede halfjaar van 1970 vertoonde de rente op de kapitaalmarkt een licht dalende tendens en was de vraag naar hypothecair krediet groot. Over het gehele jaar 1970 werd aan hypothecaire leningen gesloten voor een bedrag van 165 miljoen, terwijl voor 107 miljoen aan aflossingen werd ontvangen. Het bedrag aan ingehouden depots onderging slechts een geringe wijziging. Onze debiteuren voldeden in het algemeen goed aan hun verplichtingen.

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Friesch-Groningsche Hypotheekbank / FGH Bank | 1970 | | pagina 13