Verslag van de Raad van Bestuur Hoewel 1967 voor ons volk als geheel als een voor spoedig j aar kan worden gekenmerkt, brachten be drijfssluitingen en personeelsinkrimpingen in meer dere gevallen persoonlijk leed met zich mede. De voortschrijdende inflatie tastte de bestaanszeker heid van hen, die buiten het arbeidsproces staan en van vaste inkomens moeten leven, tevens ver der aan. De vraag of aan deze bedrijfssaneringen en aan de verdere uitholling van de waarde van de gulden niet ontkomen had kunnen worden, werd luider gesteld. De laatste jaren hebben wij er voortdurend op ge wezen, dat men onze macro-economische mogelijk heden overschatte. Indien men de bestaanszeker heid voor het heden en de toekomst maximaal zeker wil stellen, kan dit slechts door, binnen de grenzen van het mogelijke, evenwichtige verhoudingen te creëren. Een voortdurende niet aflatende inspan ning, tijdige aanpassing aan nieuwe omstandig heden en een goed sociaal klimaat zijn daarnaast noodzakelijk. Tevens zal, waar onze welvaart wordt verkregen door een ondernemingsgewijze produktie, ook binnen de bedrijven een gunstig klimaat aanwezig moeten zijn, zodat ieder zijn capaciteiten in samen werking met anderen maximaal aan de onder neming ten goede kan laten komen. Er zijn een aantal indicaties, die op een koerswij ziging duiden. Wij noemen: het weer toekennen van een dominerende plaats aan de budgetpolitiek; zonder deze is een ver antwoorde conjunctuurpolitiek niet mogelijk; het voorgestelde huur- en subsidiebeleid; de terugkeer tot normalere verhoudingen op de woningmarkt komt hierdoor in zicht; de aanmerkelijke opvoering van de produktivi- teit in de bouw; het wegvallen van de overspan ning op de arbeidsmarkt bleek hiervoor nodig te zijn; het groeiend inzicht dat loonsverhogingen, zon der aanslag op onze toekomstige welvaart, alleen uit produktiviteitsverhoging kunnen worden ver kregen. Te weinig wordt nog ingezien, dat de zeer grote kostenstijgingen een te grote druk op de winsten van de ondernemingen hebben gelegd, waardoor de zo noodzakelijke interne financiering wordt aangetast. De relatieve terugloop van onze nationale bespa ringen is voornamelijk hieraan te wijten. In deze snel veranderende wereld kunnen wij ons slechts welvaart voor de toekomst verschaffen, indien wij voor alles ruim baan maken voor de benodigde in vesteringen. De kapitaalmarkt stond het gehele jaar onder druk. De onevenwichtigheden in onze economie richtten zich voor alles op de rentevoet op de kapitaalmarkt. De liquiditeitsspanningen, die door het falen van de budgetpolitiek van het vorige kabinet moesten ontstaan, confronteerden bedrijven en lagere over heden met de grenzen van het mogelijke. In deze zin had de liquiditeitenbinding een sanerende wer king. Een conjunctuurpolitiek, die op de laatste barricade, namelijk de kapitaalmarkt, wordt uitgevochten, werkt echter ruw, hard en onbillijk. Voor bedrijven, die in een structurele aanpassingsperiode verkeren, wordt het klimaat te ongunstig. Bij andere leidt het tekort aan liquiditeit tot een solvabiliteitscrisis, ter wijl tenslotte de bedrijven, die direct afhankelijk ALGEMEEN DE KAPITAALMARKT Cijfers in de bouw: betonnen wand en plattegrond verbouwing 13 van ons kantoor te Amsterdam.

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Friesch-Groningsche Hypotheekbank / FGH Bank | 1967 | | pagina 18