VERSI!AG VAN DE DIRECTIE OVER HET BOEKJAAR 1958 ALGEMEEN OVERZICHT De ontspanningsverschijnselen, die zich reeds in de loop van het jaar 1957 in de Nederlandse economie voordeden, zetten zich in het verslag jaar voort, zodat van een herstel van het even wicht kan worden gesproken. Het herstel van het evenwicht was in belangrijke mate het gevolg van onzekerheid omtrent de conjuncturele vooruitzichten; deze uitte zich in een sterke afremming van de particuliere in vesteringen en een teruggang in de voorraad- vorming. Doordat de tijdelijke belastingmaat regelen grotendeels bleven gehandhaafd, werd de terugval van de particuliere bestedingen nog versterkt. Het herstel houdt dus duidelijk on evenwichtigheden in, die onzekerheden voor de toekomst bieden. Wanneer als gevolg van een groter optimisme het bedrijfsleven tot aanvulling van voorraden en nieuwe investeringen overgaat, zal dit het la biele evenwicht opnieuw in gevaar kunnen brengen. Een beperking van de overheidsuit gaven is derhalve in het belang van de toekom stige ontplooiing van het nationale leven een probleem van de eerste orde geworden. Een be perking van de subsidielast van de overheid, waarbij wij hier in het bijzonder aan de huur subsidies denken, zou een eerste stap in deze richting zijn. Woningbouw In de woningbouw tekent zich wel heel duidelijk het verschil in aanpassing tussen overheids- en particuliere investeringen af. De particuliere wo ningbouw viel terug, de woningwetbouw steeg. Naast een aantal, naar gemeente variërende, dis criminatoire maatregelen, is dit een rechtstreeks gevolg van het huurbeleid en de bijzondere be scherming, die de woningwetbouw ten opzichte van de particuliere bouw geniet. Het aantal ge reedgekomen particuliere woningen verminderde van 39.478 in 1957 tot 35.718 in 1958, een daling van bijna 10%. Hiertegenover stond een stijging van het aantal gereedgekomen woningwetwo ningen van 43.857 in 1957 tot 49.049 in 1958, d.w.z. een produktievergroting van bijna 12%. Hoewel door de verruiming van de kapitaal markt in het tweede halfjaar van 1958 een her stel is opgetreden, ligt de produktie van particu liere woningen nog sterk achter bij die van wo ningwetwoningen. In nevenstaande grafiek wordt een overzicht ge geven van de voortschrijdende 12-maands ge middelden van in opdracht van particulieren en overheid begonnen- en voltooide woningen. Onze instelling heeft ook ditmaal weer haar deel aan de particuliere nieuwbouw bijgedragen; ruim de helft van de gesloten hypothecaire leningen betrof nieuwbouw. Huurpolitiek In het verleden hebben wij bij herhaling betoogd, dat de regering in het door haar gevoerde huur beleid tekort is geschoten. Toen in de eerste jaren na de oorlog de verhouding tussen het aan tal gezinnen en het aantal woningen in Neder land was verstoord, had een huurbevriezing zin. 8

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Friesch-Groningsche Hypotheekbank / FGH Bank | 1958 | | pagina 10