Nederlandsche Hypotheekbank N.V.
VERSLAG van de Commissie op 28 Februari 1955 door Pandbriejhouders benoemd in
de algemene vergadering van aandeelhouders der naamloze vennootschap „Nederlandsche
Hypotheekbank N.V.” opgericht te Veendam (Art. 42 der Statuten).
De ondergetekenden, Mr. Ph. C. M. van Campen, Directeur Coöperatieve Centrale Boerenleenbank
te Eindhoven, en Mr. H. Minderhoud, Rayonbestuurder van De Twentsche Bank N.v. te Groningen,
leden der commissie benoemd door pandbrief houders volgens artikel 42 der Statuten, verklaren hier
door, dat zij zich, na alle door hen gevraagde inlichtingen van de directie te hebben verkregen
en na inzage van het accountantsrapport van het Accountantsbureau opgericht door A. E. Meijer
J. Hörchner te Amsterdam en het Accountantskantoor Joh. Doornbos te Groningen, een mening
hebben kunnen vormen over de toestand en het beheer der bank.
De overtuiging heeft zich bij hen gevestigd, dat de belangen van pandbriefhouders op afdoende
wijze verzekerd zijn.
Uit de verkregen inlichtingen en overgelegde stukken is de commissie gebleken, dat het jaarverslag
aan alle belanghebbenden de gelegenheid geeft een volledig en geheel verantwoord beeld van de
toestand der vennootschap te verkrijgen.
De commissie wil niet nalaten van haar waardering te getuigen over de wijze, waarop de directie ook
over dit boekjaar het beheer heeft gevoerd.
21
AMSTERDAM, 10 Februari 1956. PH' C M' VAN CAMPEN-
H. MINDERHOUD.