Rotterdamsche Hypotheekbank N.V. Volgens de normen van het Contröle-Orgaan dient te worden afgeschreven 5.629,25. Het in 1954 vrijgekomen bedrag ad 2.749,50 wordt bij de reserve voor diverse belangen gevoegd. Bij de afwikkeling, volgens de bepalingen van bet rechtsherstel, van 4 leningen, werd ter zake van een 3-tal leningen een verbes geleden van 20.300,in hoofdsom, terwijl bij de afwikkeling van leningen met verwoest onderpand slechts op 1 lening verlies werd geleden en wel van 10.600, in hoofdsom. Deze bedragen zijn afgeboekt van de reserve voor hypotheken, op welke reserve werd bijgeboekt 108.440,91, wegens uitkeringen, ontvangen op reeds afgewikkelde leningen, mede tengevolge van aan ons gecedeerde vorderingen op de N.G.V. Er resteren thans nog slechts 4 leningen tot een totaal bedrag van 25.500,welke voor afwikkeling volgens de bepalingen van het rechts herstel in aanmerking komen. Wij hebben deze vorderingen afgevoerd van Hypotheken, overgeboekt naar Debiteuren en daarna geheel afgeschreven ten laste van de reserve voor hypotheken. Het saldo van laatstgenoemde rekening ad 385.955,33 is overgeboekt naar de nieuw gecreëerde „speciale reserve”, aangezien de reserve voor diverse belangen ruimschoots voldoende is om mede te dienen ter dekking van een bedrag van 36.716,50, hetwelk overeenkomstig de normen van het Contröle- Orgaan ter zake van onvoldoend gedekte leningen - welke voor het merendeel gevallen van oorlogs schade betreffen - dient te worden gereserveerd. ONROERENDE GOEDEREN Er kwam geen wijziging in ons bezit aan onroerende goederen door aan- of verkoop. Onze ingekochte onderpanden, welke voor 1,te boek staan, waren op 31 December 1954 verhuurd voor 3.109,60. Nadere gegevens hierover vindt U op pag. 34. Behalve bij de daar genoemde ingekochte onderpanden zijn wij - met uitzondering van ons kantoor gebouw te Rotterdam, onze voormalige kantoorgebouwen te Amsterdam en ’s-Gravenhage en een directeurswoning te Rotterdam niet betrokken bij de eigendom van onroerende goederen. RESERVERING EN WINSTVERDELING Op de effecten werd in het afgelopen jaar een koerswinst behaald van 45,welk bedrag bij de reserve voor diverse belangen wordt gevoegd. De effecten zijn opgenomen naar de beurskoers van de laatste beursdag in 1954, echter niet hoger dan pari. Na storting in de Stichting Pensioenfonds en na dotatie van 85.000,aan de reserve voor diverse belangen - welke reserve onder meer is bestemd voor voldoening van belasting - bedraagt het winstsaldo 40.350,27. Na betaling van 5.404,voor rente over de niet-verplichte stortingen op aandelen, welke rente door commissarissen in overleg met de directie op 3|% is vastgesteld, komt dan voor verdere verdeling in aanmerking een bedrag van 34.946,27. Wij stellen U voor hiervan 33.600,te bestemmen voor uitkering van 4% dividend en het restant ad 1.346,27 te voegen bij de algemene reserve. De dividendbewijzen nummer 63 van de aandelen groot j 1.000,waarop 10% gestort, zijn bij aanneming van ons voorstel betaalbaar met 4,te verminderen met 15% dividendbelasting. De Directie: M. J. BOS. C. A. KINGMA. J. WILKENS. F. C. KLEYN. A. F. VAN MANEN.

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Friesch-Groningsche Hypotheekbank / FGH Bank | 1954 | | pagina 22