Aan de algemene vergaderingen van aandeelhouders
in de Friesch=Groningsche Hypotheekbank N.V., Nederlandsche
Hypotheekbank N.V., Rotterdamsche Hypotheekbank N.V., en
Algemeene Friesche Hypotheekbank N.V.
Wij hebben kennis genomen van de door de directie opgemaakte en aan Uwe ver
gaderingen overgelegde jaarstukken onzer vennootschappen over 1951. De controle werd
ook deze keer verricht door de daarvoor benoemde accountants, t. w. het accountants
bureau opgericht door A. E. Meijer J. Hörchner te Amsterdam en het accountants
kantoor Joh. Doornbos te Groningen.
Het resultaat van hun onderzoek blijkt uit hun hierna volgende verklaring.
Op grond van de van hen verkregen gegevens hebben wij de overgelegde balansen
en winst- en verliesrekeningen goedgekeurd overeenkomstig de statuten. Wij adviseren
U tot vaststelling dezer stukken over te gaan en de dividenduitkeringen te bepalen over
eenkomstig de voorstellen der directie.
Het verheugt ons, dat de Heer Mr. M. Tieleman, die door Uwe vergaderingen in
het afgelopen jaar tot commissaris onzer instellingen werd benoemd, deze benoeming heeft
aanvaard.
Dit jaar zijn als commissarissen aan de beurt van aftreden de heren J. H. Groeneveld,
Mr. Ph. A. J. Mees en Dr. E. van Welderen Baron Rengers.
Directie en personeel zijn wij dankbaar voor de grote toewijding, ook in het afgelopen
boekjaar, aan de belangen onzer vennootschappen besteed.
Het college van commissarissen
G. NAUTA, president.
28
Concern*