De bedongen periodieke aflossingen op de leningen kwamen in het algemeen regel matig binnen. Ons belang bij leningen, waarvan de onderpanden geheel of gedeeltelijk zijn verwoest (c.q. afgebroken) en/of onteigend, is verdeeld over: j 152 leningen (onderpanden geheel verwoest, (c.q. afgebroken) en/of onteigend)2.493.155, 16 leningen (onderpanden gedeeltelijk verwoest, (c.q. 7 afgebroken) en/of onteigend)439.955, waarvan in verhouding drukt op het niet-verwoeste öf onteigende deel- 274.000, - - 165.955, Totaal 2.659.110, Hiervan is tot dusverre voor 106 leningen tot een totaal bedrag van 1.902.670, inschrijving in het Grootboek voor den Wederopbouw verkregen. In één geval overtreft de restant-hoofdsom de inschrijving en wel bij een lening groot 25.500,met een bedrag van 5.890, Onze inspecteurs de Heren J. Kamps en A. van Popta te ’s-Gravenhage, A. M. Joustra te Haarlem, H. E. Wieringa te Naarden en G. Hoogerkamp te Groningen zorgden voor de controle op de voor ons verbonden percelen en voor het verband met taxateurs, agenten en andere relaties. RESERVES. Bij de buitengewone reserve werd dit jaar aan rente geboekt 8.710,37. Op de effecten werd in het afgelopen jaar een koersverlies geleden van ƒ7.364,83, welk bedrag in mindering van de reserve voor koersverschillen effecten wordt geboekt. De binnenlandse effecten zijn opgenomen naar de beurskoers van de laatste beursdag in 1947, obligaties niet hoger dan pari. Voor de specificatie van het effectenbezit verwijzen wij naar pag. 30. Wanneer U ons voorstel tot verdeling der winst aanneemt, zullen de reserves, on geacht de reserves voor koersverschillen effecten, hypotheken, oorlogsschade en diverse belangen, 5.212.399,06 bedragen. WINST EN WINSTVERDELING. Aangezien aan de reserve voor diverse belangen, waaruit onder meer de verschuldigde belastingen dienen te worden voldaan, in voorgaande jaren reeds meer dan voor dit doel benodigd was, is toegevoegd, menen wij dit jaar met een dotatie van ƒ79.000,te kunnen volstaan. Hierbij dient er rekening mede te worden gehouden, dat de kosten verbonden aan plaatsing van pandbrieven en de toename der pensioenverplichtingen, in verband met de verhoging der pensioengrondslagen, ten laste van de winst- en verliesrekening zijn gebracht. 16 Nederlandsche Hypotheekbank N.V.

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Friesch-Groningsche Hypotheekbank / FGH Bank | 1947 | | pagina 17