RESERVES. WINST EN WINSTVERDEELING. Aart de Aandeelhouders der Friesch-Groningsche Hypotheekbank N.V. TOELICHTING als bedoeld bij Artikel 42 van het Wetboek van Koophandel. 3 stellen U voor dit bedrag, evenals de reserve voor inkoop van onderpanden, bij bovengenoemde reserve voor diverse belangen te voegen. De in ons bezit zijnde onderpanden blijven voor 1,te boek staan. Op 31 December was de huuropbrengst 2.866, Nadere gegevens hierover vindt U op pagina 6. Behoudens de daargenoemde bezitten wij geen ingekochte perceelen, noch zijn wij, behalve wat betreft onze kantoorgebouwen, op eenigerlei wijze bij den eigendom van onroerende goederen betrokken. De bedongen periodieke aflossingen op de leeningen kwamen in het algemeen regelmatig binnen. In totaal werd voor 4,56 der periodieke aflossingen vrijstelling verleend. Onze inspecteurs, de Heeren A. van Popta en J. Kamps te ’s Gravenhage, H. E. Wieringa te Naarden, A. M. Joustra te Haarlem en G. Hoogerkamp te Groningen, zorgden voor de contróle op de voor ons verbonden perceelen en voor het verband met taxateurs, agenten en andere relaties. Evenals het vorige jaar stellen wij U voor de rente van de statutaire reservé en de extra reserve, dit jaar bedragende 49.324,42, te voegen bij de speciale reserve. Op de effecten werd in het afgeloopen jaar een koerswinst behaald van 82.627,52, welk bedrag weder bij de reserve voor koersverschillen effecten wordt gevoegd. De effecten zijn opgenomen naar den beurskoers van 30 December, doch niet hooger dan pari. Wanneer U ons voorstel tot verdeeling der winst aanneemt, zullen de reserves ongeacht de reserves voor koersverschillen effecten, voor hypotheken, voor oorlogsschade, voor dividend en voor diverse belangen in totaal met 86.235,20 worden vermeerderd en gebracht op 6.959.741,64. Wij stellen U voor een bedrag van 570.000,bij de reserve voor diverse belangen hierboven genoemd te voegen, benevens hetgeen resteert van het bedrag, dat vorige jaren voor belastingen was gereserveerd, opdat uit deze reserve te zijner tijd de thans nog niet vaststaande belastingbedragen kunnen worden voldaan. Uit het overblijvende zal allereerst moeten worden betaald een bedrag van 29.593,voor rente, verschuldigd op de niet-verplichte stortingen. Aangezien, in verband met de belastingheffing van plm. 75 van de winst een rente van 4 moet worden gemaakt om 1 te kunnen uit- keeren, zou de rente voor de onverplicht gestorte bedragen feitelijk niet hooger dan 1 kunnen worden gesteld. Commissarissen hebben echter in overleg met de directie deze rente voor de sedert de laatste wijziging der statuten vrijwillig gestorte bedragen nog gesteld op 3 voorzoover de storting is geschied vóór 1 Januari 1942 en op 1 voorzoovér later is gestort. Pogingen van de Bedrijfsgroep Hypotheekbanken om in de fiscale be palingen ten aanzien van rentevergoeding op vrijwillige kapitaalstortingen wijziging te verkrijgen, hebben tot dusverre niet tot eenig resultaat geleid. Voor verdere verdeeling komt dan in aanmerking een bedrag van 366.435,31. Volgens art. 46 der statuten komt hiervan 10 of 36.643,53 ten goede aan de statutaire reserve. Doordat de tantièmes niet berekend worden over de winstuitkeeringen, welke 'de bank ontvangt van vennootschappen, in het kapitaal waarvan zij heeft deelgenomen, voor zoover daarover door commissarissen en directie reeds in deze functies bij die vennootschappen tantièmes zijn genoten, komt een bedrag van 34.814,71 ter beschikking van aandeelhouders. Hiervan dient 23.198,33 voor dividenduitkeering, terwijl wij U voor stellen het restant ad 11.616,38 te voegen bij de dividendreserve. Van het in totaaf aan aandeelhouders toekomende stellen wij U voor een dividend op de aandeelen uit te keeren van 28,per aandeel van 1.000, met 20 storting (per onderaandeel 7,hetgeen volgens de aanvullings- bepalingen van het besluit op de dividendbeperking overeenkomt met 6 over de verplicht gestorte bedragen en 2 over het overige gedeelte van het geplaatste kapitaal. Wordt dit voorstel aangenomen, dan komt er beschikbaar voor pensioen en personeeldoeleinden een bedrag van 12.923,89. De dividendbewijzen nummer 52 van de aandeelen van 1.000,zijn bij aanneming van »ons voorstel van heden af betaalbaar met 28,en nummer 6 der onderaandeelen van 250,met 7,alles te verminderen met de verschuldigde 15 dividendbelasting. Een opgave van het bedrag, waarmede de dividendbewijzen der aandeelen, waarop onverplicht is gestort, betaalbaar zijn,, onder vermelding van de nummers dier aandeelen, zullen wij U op aanvrage gaarne toezenden. Groningen, 18 Maart 1943. De directie: M. J. BOS. C. A. KINGMA. B. DORHOUT MEES. J. WILKENS. Het college van commissarissen heeft kennis genomen van het hiernevens afgedrukte verslag van de directie; de inhoud doet U zien onder welke omstandigheden het bedrijf thans werkt; wij kunnen ons met den inhoud vereenigen. De tevens hierbij gaande balans en winst- en verliesrekening hebben wij voorloopig goedgekeurd en wij stellen U voor beide vast te stellen in den aangeboden vorm. Het rapport der door ons aangewezen accountants vindt U in het verslag afgedrukt. Overeenkomstig het voorstel van de directie stellen wij U voor het dividend te bepalen op 28,per aandeel van 1.000,met 20 storting (per onderaandeel 7, In ons college vonden geen mutaties plaats; in Uw vergadering op 2 April 1942 werden de periodiek aftredende leden herkozen. Thans zijn aan de beurt van aftreden de Heeren Mr. W. B. Buma, F. I. de Greve en Mr. Ch. M. Henny. De commissie van toezicht bestond in 1942 uit de Heeren Dr. E. van Welderen Baron Rengers, G. Warning en Mr. D. U. Stikker. Gedurende de afwezigheid van den Heer G. Warning nam de Heer Mr. Arn. J. d’Ailly zijn functie waar. Wederom mag een woord van erkentelijkheid voor de wijze waarop onze directie haar taak vervult niet achterwege blijven; steeds wisselende omstandigheden stellen groote eischen aan haar beleid en naar ons oordeel is dit in vollen omvang aanwezig geweest. Het college van commissarissen: E. VAN WELDEREN RENGERS, president. De onroerende en roerende zaken der vennootschap zijn gewaardeerd naar den volgenden maatstaf: a. de onroerende zaken naar de kosten van aankoop en stichting, verminderd met de plaats gehad hebbende afschrijvingen; b. de roerende lichamelijke zaken naar den aanschaffingsprijs, verminderd met de gedane afschrijvingen; c. de effecten naar den beurskoers van den laatsten beursdag in het boek jaar, doch niet hooger dan pari; d. de vorderingen op naam naar het nominale bedrag, verminderd met de gedane afschrijvingen. FRIESCH-GRONINGSCHE HYPOTHEEKBANK N.V. De directie: M. J. BOS. C. A. KINGMA. B. DORHOUT MEES. J. WILKENS. De commissarissen: ARN. J. D’AILLY. E. VAN WELDEREN RENGERS. H. ALBARDA. D. U. STIKKER. W. B. BUMA. D. R. DE MAREES VAN SWINDEREN. F. I. DE GREVE. R. H. DE VOS VAN STEENWIJK- CH. M. HENNY. B. A. POULIE WILKENS. G. NAUTA. Verhinderd te teekenen: H. M. J. BLOMJOUS, J. HERES DIDDENS, J. H. GROENEVELD, P. W. J. H. CORT VAN DER LINDEN, G. WARNING.

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Friesch-Groningsche Hypotheekbank / FGH Bank | 1942 | | pagina 3