6 stukken vóór de betaalbaarstelling te ruilen tegen andere met bijbetaling van het koersverschil door de Bank. Bij ruiling van de uitgelote pandbrieven tegen nieuwe stukken werd op de laatste 1/2% reductie verleend. Vele houders maakten van deze voor hen gunstige bepaling gebruik. Uitgeloot werd voor een bedrag van f 1.812.400,waarvan zich voor een bedrag van f 93.800,in portefeuille bevond, zoodat door deze lotingen het uitstaand bedrag der pandbrieven verminderde met f 1.718.600, In dit jaar werd door ons verkocht f 5.058.600,en ingekocht f 990.800,Uitgeloot werd in totaal f 1.718.600,zoodat de vooruitgang over het afgeloopen jaar bedraagt f 2.349.200, Op 31 December 1.1. had onze instelling een bedrag van f 65.774.700,aan pandbrieven uitstaan. De nummers der in dit en in de vorige jaren uitgelote nog niet ter verzilvering of ter verwisseling aangeboden pandbrieven vindt U hierachter vermeld. De gemiddelde rente der pandbrieven bedroeg 31 December 1932 4,4300 tegen 4,3982 op 31 December 1931. Hypotheken. Wij sloten in het afgeloopen jaar 259 leeningen af tot een bedrag van f 7.264.575, terwijl wij aan aflossingen ontvingen f 5.663.227,43. De vooruitgang aan uitstaande hypotheken bedraagt derhalve dit jaar f 1.601.347,57, waardoor het uitstaand bedrag is gestegen tot f 69.288.167,07. In den regel worden de leeningen voor 5 jaar, bij uitzondering voor 10 jaar gesloten. De gemiddelde rente der hypotheken bedroeg op ultimo December 5,2128% tegen 5,1643% op 31 December 1931. Door de stijging van de gemiddelde rente der pandbrieven met 0,0318 en van de hypotheken met 0,0485 werd het verschil in rente tusschen hypotheken en pandbrieven 0,0167% grooter en gebracht op 0,7828%. Zooals uit de Balans blijkt, was op 31 December f 29.312,69 aan rente achterstallig, waarvan f 2841,als oninbaar werd afgeboekt. Het saldo ad f 26.471,69 is nu verminderd tot f 14.881,17. Onder dit laatste cijfer komt nog een bedrag van f 6.781,51 aan rente van leeningen voor, waarvan de onderpanden reeds zijn verkocht en waarbij onze vordering geheel gedekt bleek te zijn, doch waarvan de afrekening nog niet heeft plaats gehad. In het afgeloopen jaar hebben wij 29 maal van ons recht van executie gebruik moeten maken. In 21 gevallen bleek onze vordering aan hoofdsom en rente gedekt te zijn. In één geval leden wij eenig renteverlies. Bij 4 executies, waarvan de onderpanden gelegen waren te Breezand, Enschedé, Denekamp en Koudum hadden wij een verlies in hoofdsom van respec tievelijk f260,f900,f200,en f 3700,—. In 3 gevallen werd het onderpand, gelegen respectievelijk te de Wilp, Bilthoven en Botterdam, door ons ingekocht. De panden te Bilthoven verkochten wij in den loop van het jaar f 2000,boven onzen inkoopprijs. Bij een vrijwillige verkoop van een boerderijtje te Ureterp namen wij een verlies van f 600,in hoofdsom, terwijl wij nog in 2 soortgelijke gevallen het onderpand gelegen te Siegerswoude en Elslo inkochten. Wij stellen U voor de ingekochte onderpanden, in totaal tot een bedrag van f 93.125, voor f4,op de Balans te plaatsen. Behalve deze en de vorige jaren ingekochte perceelen, die eveneens tot f 1,per stuk zijn afgeschreven, bezitten wij geen ingekochte onderpanden, noch zijn wij op eenigerlei wijze betrokken bij den eigendom van door ons geëxecuteerde onroerende goederen.

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Friesch-Groningsche Hypotheekbank / FGH Bank | 1932 | | pagina 8