■1 12 5. Naar den rentevoet: 4 »/o f 11.500,— 43/4 - 205.250,— 5 o/0 - 15.883.225,— 51/s - 8.844.600,— 81/4% - 26.268.880,— 5%% - 1.045.375,— 51/2% - 10.837.500,— 55/8°/o 76.600,— 53/4% - 2.053.525,— 6 360.550,— 6i/4 - 139.475,— 6!/2% 164.450,— f 65.890.930,— De 647 leeningen, gesloten in 1930, zooals hiervoor vermeld zijn verdeeld als volgt: 1. Naar de grootte: Van 10.000,en minder 316 leeningen f 1.783.725,— - 10.001,— tot 25.000,— 206 - 3.391.100,— - 25.001,— - 50.000,— 81 - 2.839.550,— - 50.001,— - 75.000,— 23 - 1.456.000,— - 75.001,— - 100.000,— 7 - 614.500,— - 100.001,en daarboven 14 - 2.397.250,— Samen 647 ƒ12.482.125, 2. Naar de ligging van het onderpand: Te Amsterdam 36 leeningen f 1.194.050,— Rotterdam 37 - 1.349.900,— Den Haag 91 i - 3.121.850,— In N. Holland (beh. A’dam) 221 - 2.882.275,— Z. Holland (beh. R’dam en Den Haag) 34 - 841.100,— Utrecht 64 - 1.304.150,— Friesland 32 - 233.300,— Groningen 93 - 1.044.750,— O ver ij sei 9 - 88.900,— Drente 11 - 106.250,— Gelderland 4 - 43.500,— Limburg 2 - 18.000,— Noord-Brabant 10 - 211.900,— Zeeland 3 - 42.200,— Samen 647 ƒ12.482.125,— BpH

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Friesch-Groningsche Hypotheekbank / FGH Bank | 1930 | | pagina 15