15
de
Onze mede-commissaris, de Heer P. J. Vos, die tevens onze Voorzitter was, is op
21 Augustus 1924 ons door den dood ontvallen.
Wy betreuren zeer het verlies van den man, die vanaf de stichting onzer bank in
1890 met ijver, toewijding en bekwaamheid hare belangen behartigde, zoowel in de ver
gaderingen der Commissie van Toezicht, als in die van ons college, en steeds medewerkte
aan den bloei onzer Instelling. Ook wegens zijne vele goede karaktereigenschappen zullen
wij den Heer Vos steeds gedenken.
Wij hebben de eer U te adviseeren de Balans en Winst- en Verliesrekening goed
te keuren en het dividend, volgens het voorstel der Directie, te bepalen op 24°lo, evenals
het vorig jaar.
De Heeren I. I. Vriesendorp van Renesse, F. I. de Greve en Jhr. Mr. T. J. van
Iddekinge zijn thans aan de beurt van aftreding. Wij dragen hen aan U tot herbenoeming
voor. In de vacature, ontstaan door het overlijden van den Heer Vos, stellen wij U voor
niet te voorzien.
Namens de Commissarissen:
J. E. VAN WELDEREN RENOERS,
President.