De administratie van de Friesch-Groningsche Hypotheekbankgevestigd te Groningen, over het boekjaar 1919, werd door mij gecontroleerd en in orde bevonden. Alle door hypothecaire debiteuren betaalde rente, zoomede de op de balans voor komende nog niet verschenen rente, werd door mij berekend. De grossen van de in 1919 gesloten leeningen werden met de boeken geverifieerd en accoord bevonden. De op de balans vermelde effecten, opgenomen tegen den beurskoers van 31 December 1919, werden mij getoond. De gecreëerde pandbrieven klopten met de opgemaakte processenverbaalde „pand brieven in portefeuille" werden mij getoond. De aflosbaar gestelde pandbrieven werden, voor zoover aangeboden, blijkens opge maakte processenverbaal, in tegenwoordigheid van H.H. Commissarissen vernietigd. Alle over 1919 betaalde coupons en dividendbewijzen werden door mij nageteld en accoord bevonden. Van de saldi van debiteuren en crediteuren in rekening-courant, waren geteékende saldobiljetten aanwezig. Tenslotte verklaar ik, op grond van het onderzoek, dat de door mij voor accoord geteekende Balans en Winst- en Verliesrekening een juist overzicht geven van den toestand der Bank op uit. December 1919 en van de resultaten over het afgeloopen boekjaar. Groningen, 31 Januari 1920. J. DOORNBOS, Accountant.

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Friesch-Groningsche Hypotheekbank / FGH Bank | 1919 | | pagina 20