TWINTIGSTE BOEKJAAR.
1
'eet-en A
Het verslag van den toestand onzer Bank en van hare verrichtingen in het jaar 1910,
dat wijter voldoening aan den inhoud van art. 42 onzer statutende eer hebben U thans
uit te brengenmoet aanvangen met een woord van hulde aan de nagedachtenis van onzen
mede-commissaris den heer J. H. A. A. Kalff, die, het vorig jaar door U herkozen, ons
onlangs is ontvallen.
Met allen, die hem vereerden, betreuren wij zeer het vroegtijdig einde van dezen
sympathieken mandie voor velen en ook voor onze Bank nog zooveel goeds had kunnen
tot stand brengen.
Voorts leden wij een groot verlies door het overlijden van onzen taxateur te Groningen
den heer J. N. Kruizinga, die om zijne groote bekwaamheid en onpartijdigheid moeilijk zal
zijn te vervangen. Met zijne speciale kennis van stad en gewest heeft hij ons gedurende
tal van jaren groote diensten bewezen, die wij dankbaar blijven gedenken.
In Uwe vergadering op 5 Maart 1910 werden de Heeren I. I. Vriesendorp van
Renesse, J. H. A. A. Kalff en F. I. de Greve door U herkozen die allen hunne herbenoeming
hebben aangenomen. Thans treden volgens den rooster af de Heeren Jhr. Mr. O. Q. van
SwinderenMr. Dr. I. A. van Royen en G. A. W. van Lanschotin welke vacatures,
zoomede in die, ontstaan door het overlijden van den heer Kalff, door U straks zal moeten
worden voorzien.
De ruime geldmarkt waarmede het jaar 1910 aanving was van korten duur, reeds
spoedig zagen wij ons genoodzaakt den parikoers voor onze 4 o/0 Pandbrieven prijs te geven
en deze 991/2%, later 99 0/0 te verkoopen.
Tot deze prijzen echter hebben zij geregeld koopers gevonden met het zeer bevredigend
resultaat dat een bedrag van f 2,076,300 is geplaatst.
In 1910 werden voor niet minder dan f 1,040,000 4% en voor f 80,000 31/2% pand
brieven ingekochtterwijl van deze laatste soort Ik/ 500.— is verkochtzoodat de circulatie
met f 956,800.— is toegenomen.
Het geleden koersverlies ad f 3,900.63 is op de Winst- en Verliesrekening afgeboekt.
Het totaal der Hypothecaire leeningen is met f\,056,738.19 vermeerderd. De gemiddelde
rente onzer leeningen, die in 1909 4.3862bedroeg, is in 1910 tot 4.3812gedaald.
