gepassiveerd, wordt het meerdere direct als rentelast in de winst- en verliesrekening opgenomen. Obligaties die tot de handelsportefeuille behoren worden gewaardeerd tegen marktwaarde. De resultaten uit dezen hoofde worden in de winst- en verliesrekening gerubriceerd onder Resultaat uit financiële transacties. Aandelen IFRS: De beleggingsportefeuille aandelen is aangemerkt als ‘available for sale’. Waardering vindt plaats tegen reële waarde, waarbij waarderingsverschillen (tot verkoop of bijzondere waarde vermindering) via het vermogen worden geleid. Gerealiseerde resultaten bij verkoop worden opgenomen in de winst- en verliesrekening. De handelsportefeuille aandelen is ingedeeld in de categorie ‘held for trade’, waarderingsverschillen worden via de winst- en verliesrekening geleid. Dutch GAAP: Aandelen die tot de beleggingsportefeuille behoren, worden gewaardeerd tegen marktwaarde. Alle koersmutaties op deze aandelen worden over een herwaarderingsreserve geleid. Voor zover deze herwaarderingsreserve onvoldoende is om negatieve koersmutaties op te vangen, worden deze koersmutaties ten laste van de winst- en verliesrekening gebracht. Bij verkoop wordt het resultaat in de winst- en verliesrekening opgenomen in de post Opbrengsten uit effecten en deelnemingen. Aandelen die tot de handelsportefeuille behoren worden gewaardeerd tegen marktwaarde. Niet-genoteerde aandelen worden gewaardeerd tegen de geschatte opbrengst- waarde. De resultaten uit dezen hoofde worden in de winst- en verliesrekening gerubriceerd in de post Resultaat uit financiële transacties. Deelnemingen en participaties IFRS: De waardering van deelnemingen en participaties is afhankelijk van de mate waarin de bank invloed kan uitoefenen. Belangen waar invloed van doorslaggevende betekenis kan worden uitgeoefend (doorgaans belangen 50%) worden geconsolideerd. Belangen waar invloed van betekenis kan worden uitgeoefend (doorgaans belangen van 20% - 50%) worden gewaardeerd tegen de equity-methode. Overige belangen worden beschouwd als ‘available for sale’, met waardering op reële waarde via het vermogen. Op goodwill wordt onder IFRS niet stelselmatig afgeschreven, wel vindt jaarlijks een impairmenttoets plaats. Dutch GAAP: Deelnemingen waarin direct of indirect invloed van betekenis wordt uitgeoefend op het zakelijke en financiële beleid worden gewaardeerd tegen netto-vermogenswaarde zoveel mogelijk berekend volgens de grondslagen van de eigen jaarrekening, aan de hand van de meest recente gegevens van deze ondernemingen. Goodwill, zijnde het verschil tussen de verkrijgingsprijs en de netto-vermogenswaarde, wordt geactiveerd en lineair afgeschreven op basis van de verwachte economische levensduur. Dividend wordt in mindering gebracht op de waarde van de deelneming in het jaar van ontvangst. Overige deelnemingen worden gewaardeerd tegen actuele waarde, dan wel lagere realiseerbare waarde. Participaties worden gewaardeerd tegen actuele waarde, waarbij rekening wordt gehouden met de ontwikkeling van de netto-vermogenswaarde, met de verkrijgingsprijs van de meest recente transacties, met prognoses van de participaties zelf, met de waarde van vergelijkbare participaties en (indien van toepassing) met de ontwikkeling van de beurswaarde van de participaties. Waarderingsaanpassingen van participaties worden over een herwaarderingsreserve geleid. Gerealiseerde resultaten worden in de winst- en verliesrekening opgenomen. Participaties worden vanwege de afwijkende bedrijfsactiviteiten niet geconsolideerd. Derivaten IFRS: Derivaten worden onder IFRS gewaardeerd op reële waarde, waarderingsverschillen lopen via de winst- en verliesrekening. Friesland Bank past hedge accounting toe, over het algemeen betreft dit fair value hedging. Dutch GAAP: Onder Dutch GAAP worden derivaten niet op de balans opgenomen. FRIESLAND BANK 2005

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Friesland Bank | 2005 | | pagina 124