deze ondernemingen. Goodwill, zijnde het verschil tussen de verkrijgingsprijs en de netto-vermogenswaarde, wordt geactiveerd en lineair afgeschreven op basis van de verwachte economische levensduur. Dividend wordt in mindering gebracht op de waarde van de deelneming in het jaar van ontvangst. Overige deelnemingen worden gewaardeerd tegen actuele waarde, dan wel lagere realiseerbare waarde. ONROERENDE ZAKEN EN BEDRIJFSMIDDELEN Onroerende zaken in eigen gebruik worden gewaardeerd tegen actuele waarde, afgeleid van de vervangingswaarde op basis van continuïteit en functionaliteit. Deze waarde wordt bepaald op basis van een zodanige, geregeld roulerende taxatie, dat in een periode van tien jaar alle gebouwen tenminste eenmaal zijn getaxeerd door een externe taxateur. Waarderingsaanpassingen uit hoofde van taxaties worden onder aftrek van de contante waarde van de latente belastingen ten gunste of ten laste van een herwaarderingsreserve gebracht. De jaarlijkse lineaire afschrijvingen geschieden op basis van de actuele waarde, rekening houdende met de geschatte economische levensduur en eventuele restwaarde. Onroerende zaken niet in eigen gebruik worden gewaardeerd tegen opbrengstwaarde bij willige verkoop, met uitzondering van in aanbouw zijnde panden, die voor de bestede kosten worden opgenomen. De bedrijfsmiddelen zijn gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs onder toepassing van jaarlijkse lineaire afschrijvingen afhankelijk van de geschatte levensduur. VOORZIENINGEN De in de Voorziening voor pensioenen en VUT begrepen verplichtingen betreffende de regeling inzake vrijwillig vervroegde uittreding (VUT) zijn berekend met inachtneming van deelnamekans en sterfterisico en contant gemaakt tegen een rekenrente van 4% (2003:4%). Met uitzondering van de Voorziening voor latente belastingverplichtingen worden voorzieningen opgenomen tegen de nominale waarde. WETTELIJKE RESERVE NIET- UITGEKEERDE WINST DEELNEMINGEN Een wettelijke reserve wordt gevormd voor winsten van deelnemingen welke niet worden uitgekeerd. BATEN De rentebaten en rentelasten worden verantwoord in het boekjaar waar zij betrekking op hebben. Renteresultaten op off-balance-sheet-instrumenten die dienen om de eigen positie van de bank af te dekken worden overeenkomstig de gehedgde positie verantwoord. De provisiebaten en provisieiasten worden ten gunste gebracht van het boekjaar waar zij betrekking op hebben. LASTEN De personeels- en andere beheerskosten worden toegerekend aan het boekjaar waar zij betrekking op hebben. BELASTINGEN Bij de bepaling van de belastingdruk wordt rekening gehouden met alle tijdelijke en permanente verschillen tussen het commerciële en fiscale resultaat. Belastingverplichtingen die in de toekomst kunnen ontstaan in verband met tijdelijke verschillen tussen fiscale en commerciële waardering worden opgenomen in de Voorziening voor latente belastingverplichtingen. Latente belastingclaims worden in de balans opgenomen, mits er voldoende zekerheid bestaat voor toekomstige verrekening. De latente belastingen betreffende onroerende zaken worden gewaardeerd tegen de contante waarde waarbij een rentepercentage is gehanteerd van 5% en een gemiddelde looptijd van 12,5 jaar- De overige latente belastingen worden opgenomen tegen het nominale tarief. 42

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Friesland Bank | 2004 | | pagina 50