Toelichting op de geconsolideerde balans algemeen (x i.ooo) Uitsplitsing activa en passiva naar resterende looptijd De uitsplitsing van activa en passiva naar resterende looptijd luidt als volgt: (in miljoenen euro’s) Onbepaald c.q. direct opeisbaar 3 maand 3 maand - 5 ijaar 1jaar - 5jaar 5jaar Totaal ACTIVA Bankiers 102 6 - 5 5 118 Kredieten 760 389 108 428 2.776 4.461 PASSIVA Bankiers 120 77 3 207 175 582 Spaargelden 610 Overige toevertrouwde 213 76 565 54 1.518 middelen 819 1.568 197 263 162 3.009 Schuldbewijzen - 2 g 36 250 288 Achtergestelde schulden - 1 74 143 218 Vreemde valuta Het totale bedrag van de in buitenlandse valuta luidende bestanddelen, omgerekend naar de valuta waarin de jaarrekening is opgemaakt, bedraagt aan de actiefzijde van de balans 168.058.000 en aan de passiefzijde van de balans 97.970.000. Het beleid van de bank is erop gericht eventuele valutarisico’s af te dekken door middel van valutatermijncontracten. De per balansdatum openstaande valutatermijncontracten, die nagenoeg allemaal bestaan uit dekkingstransacties, bedragen per saldo 76.419.000. Derivaten Derivaten zijn financiële instrumenten belichaamd in contracten waarvan de waarde afhankelijk is van één of meer onderliggende activa, referentieprijzen of indices. Voorbeelden van derivaten zijn valutatermijncontracten, swaps, opties en forward rate agreements. Transacties in derivaten worden door de bank afgesloten ter afdekking van de eigen rente- en valutarisico’s en ten behoeve van cliënten. Naast het marktrisico (het risico vanwege verandering van bijvoorbeeld rente en koers) bestaat er ten aanzien van derivaten ook een kredietrisico. Het kredietrisico wordt bepaald door het mogelijke verlies dat ontstaat als een tegenpartij in gebreke blijft. Het kredietrisico wordt gemeten door de positieve vervangingswaarde van de derivaten contracten te vermeerderen met een percentage (bepaald door de looptijd en de aard van de contracten). Indien dit (ongewogen) kredietequivalent wordt gewogen met het tegenpartijrisico (over het algemeen banken) resteert het gewogen kredietequivalent. 5°

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Friesland Bank | 2001 | | pagina 56