Verslag van de Raad van Bestuur
emeen
Voor de Friesland Bank was 1998 een zeer succesvol jaar, waarin de bedrijfsactiviteiten opnieuw een sterke,
toename vertoonden. De strategie gericht op expansie in het gehele Noorden van Nederland ontwikkelde
zich voorspoedig.
Zowel zakelijk als particulier nam het aantal relaties duidelijk toe, waarbij de bijdrage van de kantoren in
Groningen, Drenthe en Noord-Holland aanmerkelijk was. In toenemende mate werd de bank betrokken
bij complexere financieringsconstructies voor het middengrote bedrijfsleven, terwijl haar naamsbekendheid
als actieve bank voor de beleggende particulier verder verbeterde.
Qua financiële uitkomsten was 1998 ze$r tevredenstellend. Zo steeg het balanstotaal met 10% tot
f 9,4 miljard. Ook de ontwikkeling van het resultaat was zeer bevredigend. De nettowinst bereikte met een
toename van 23% het niveau van f 50 miljoen.
Het verslagjaar kenmerkte zich door een zeer gunstige ontwikkeling van de Nederlandse economie.
Een duidelijke groei van het investeringsniveau zorgde in combinatie met een hoog
consumentenvertrouwen voor een krachtige toename van de bestedingen, en dit weerspiegelde zich in een
sterke stijging van de kredietvraag. Op de woningmarkt zette de hoogconjunctuur zich voort, gestimuleerd
door de voortgaande daling van de rente op de kapitaalmarkt. Neemt men in aanmerking dat het
Nederlandse werkloosheidscijfer rond de 4% ligt, en dat de inflatie aan het eind van het verslagjaar rond
de 2% bewoog, dan kan men vaststellen dat de nationale economie behoort tot de best presterende van
Europa.
Voor de wereldeconomie als geheel was 1998 een uitermate turbulent jaar. In het Verre, Oosten
ontwikkelde zich een economische crisis die Thailand, Zuid-Korea en Indonesië zwaar trof. De Japanse
economie, die al jaren lang matig presteerde, raakte in het verslagjaar in een recessie. In Rusland leidde de
aanhoudende economische ontwrichting tot een de facto financiële deconfiture, en aan de andere zijde van
de globe werd de Braziliaanse samba-economie getroffen door zwaar weer.
Tegen deze achtergrond was de veerkracht van de financiële markten zeer verrassend. Na een aanhoudende
opgaande lijn in het eerste halfjaar van 1998 trad in de maand augustus onder invloed van wereldwijde
crisissituaties een scherpe correctie op, waarbij de koersen op de toonaangevende westerse aandelenbeurzen
met meer dan 25% terugvielen. Mede gedragen door een voortgezet positieve ontwikkeling van de
Amerikaanse economie trad al snel een opmerkelijk herstel op, zodat aan het einde van 1998 de Amsterdamse
beursindex uitkwam op 1186, slechts 10% lager dan het hoogste niveau dat in juni werd bereikt.
Het jaar 1998 luidde ook het begin in van het Eurotijdperk. Na een aanloop van vele jaren, waarbij
aanvankelijk een grote scepsis bestond omtrent de politieke haalbaarheid van een Europese muntunie,
verliep de overgang naar een munt voor elf Europese landen vrijwel zonder problemen. Op het technische