Bijna een halvering in ruim twintig jaar. Dit demo grafisch proces van vergrijzing zal - vooral na het jaar 2000 - de economieën in West-Europa nega tief gaan beïnvloeden. Nogmaals het stemt tot tevredenheid, dat in West- Europa al zo snel de milde recessie van 1993 is overwonnen en dat in 1995 en - naar verwachting ook - in 1996 de groei zich zal voortzetten. Deze positieve ontwikkeling moet echter wel afgezet worden tegen een structureel proces, waarvan de negatieve effecten zich, met het verstrijken van de tijd, steeds nadrukkelijker gaan manifesteren. Deze ontwikkeling onderkennen, betekent ook dat hier op geanticipeerd moet worden. Aan de samenle ving, overheid en bedrijfsleven de taak, om met de eeuwwisseling in zicht, dat ook echt te gaan doen. De Nederlandse economie De Nederlandse economie heeft zich in 1994 goed hersteld. Het bbp steeg in het verslagjaar met 2,4% tegenover in 1993 met slechts 0,4%. Met de ze duidelijke stijging werd ook een trend doorbro ken. Vanaf 1989, de top van de vorige conjunc tuurgolf, was namelijk een ieder volgend jaar de groei van het bbp geringer dan het jaar daarvoor. Deze groei was ook in ons land vooral het gevolg van het aantrekken van de export. Voor Nederland is dat geen onbekend fenomeen. Ook in de vorige economische crisis was de motor van het herstel onze export. Alleen is dit effect nu nog duidelijker aanwezig. Zo steeg volgens ramingen van het Centraal Bureau voor de Statistiek de uitvoer in vo lume gemeten met 5,6%, tegenover 1,7% in 1993. Een fraai groeicijfer, dat des te meer cachet krijgt als wij rekening houden met de omstandigheid, dat de consumptieve bestedingen in Duitsland slechts in geringe mate stegen. Daarvoor is onze Groei bbp Nederlandse economie - Nederland 1983 1984 1985 1986 1987 1988 1989 1990 1991 1992 1 993 1994 Bron: Datastream export extra gevoelig, omdat juist in ons uitvoer- pakket naar Duitsland, veruit onze grootste ex portmarkt, naast grondstoffen vooral consump tiegoederen sterk vertegenwoordigd zijn. De ex port naar Duitsland nam in de eerste acht maan den van 1994 dan ook slechts met 5% toe, terwijl deze stijging voor geheel Europa 7% bedroeg. De binnenlandse consumptieve bestedingen droegen slechts in beperkte mate bij aan het con juncturele herstel. De koopkracht stond in Neder land onder druk als gevolg van enerzijds de loon kostenmatiging en anderzijds de forse stijgingen van de overheidstarieven. Desondanks steeg het volume van de consumptieve bestedingen door gezinnen nog met 1,1 in 1994, tegenover een stijging van 0,7% in 1993. Het volume van de bruto-investeringen in vaste activa steeg in 1994 en wel met 2,5%. Een ver heugend herstel, omdat in 1993 de bruto-inves teringen nog met 2% daalden. Deze stijging werd 14 Friesland Bank Jaarverslag 1994

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Friesland Bank | 1994 | | pagina 16