een bijdrage leveren aan een verder herstel van
de conjunctuur. Een voorwaarde is dan wel, dat
de loonkostenstijgingen in de pas lopen met de
stijging van de arbeidsproduktiviteit. Anders leidt
dat tot prijsverhogingen. En daarvoor is de Duitse
export uitermate gevoelig. Te meer omdat ook
van een verdere waardestijging van de Duitse
mark een remmende werking uitgaat.
Groei bbp Verenigde Staten,
Verenigd Koninkrijk, Duitsland
- Verenigde Staten
-Verenigd Koninkrijk
-[Duitsland
1983 1984 1985 1 986 1987 1988 1989 1 990 1991 1992 1993 1994
Bron: Datastream
Uiteraard is het herstel van de conjunctuur in
West-Europa verheugend. Echter, wij mogen niet
voorbijgaan aan een negatieve structurele ontwik
keling, die op termijn steeds meer haar invloed zal
laten gelden. Elders, maar zeker ook in Nederland.
Transport en communicatie hebben de wereld
verkleind. Zij zorgen ervoor, dat economische ac
tiviteiten zich steeds gemakkelijker over de wereld
verplaatsen en daar neerslaan waar de loonkosten
laag zijn. Daarbij gaat het zeker niet alleen maar om
verplaatsing van uitsluitend ongeschoolde arbeid
in de produktie. Het bedrijfsleven in West-Europa
is van dit proces zowel de stimulator als het slacht
offer. Deze verschuiving van economische activi
teiten zal ook leiden tot een egaliseren van de wel
vaartsverschillen op mondiaal niveau. Het is de
moeite waard om te zien hoe groot de verschui
vingen in welvaartsniveau, dat wil zeggen gemeten
in het bbp per hoofd van de bevolking, nu al zijn
geweest. Een vingerwijzing geeft bijvoorbeeld een
ranglijst naar land. Opvallend is de positie die Ne
derland inneemt. Ons land zakt op die ranglijst
steeds verder weg. Stonden wij in 1970 binnen de
Europese Unie na Luxemburg nog op de tweede
plaats, op dit ogenblik nemen wij nog slechts de
zevende plaats in. Die teruggang is mede het ge
volg van de relatief geringe omvang van de be
roepsbevolking in onze samenleving. Die omvang
wordt vooral bepaald door het aantal jongeren en
ouderen. In vele ontwikkelingslanden is door een
hoog geboortecijfer het aantal nog niet produktie-
ve jongeren erg hoog, waarvoor in de toekomst
geen werkgelegenheid te vinden is. Dit heeft op de
samenleving daar vaak een destabiliserend effect,
omdat het extremisme in de hand werkt. Maar de
aanwezigheid van goed gemotiveerde jeugd bete
kent ook extra vitaliteit en dynamiek. In Nederland,
maar ook in alle andere Westeuropese landen, is
juist het aantal ouderen procentueel omvangrijk.
Er is hier sprake van een sterke vergrijzing. Uit een
rapport van het Sociaal Cultureel Planbureau blijkt
dat het aantal Nederlanders van 15 tot 25 jaar in
1971 29% van de totale bevolking bedroeg. In
1993 bedroeg dat percentage nog slechts 15%.
13
Friesland Bank Jaarverslag 1994