op een goede positie in de middenmoot. Deze
ontwikkeling was niet in de laatste plaats te dan
ken aan de voortgaande daling van de renteni
veaus op de internationale geld- en kapitaal
markten. Zo ook in Nederland, waar het effectie
ve rendement op 10-jarige staatsleningen met
ruim 1,5 procentpunt daalde tot 5,5% per ultimo
1993. Een andere factor van betekenis voor de
explosieve stijging van de aandelenkoersen is de
algemene verwachting dat de economieën van
de Westeuropese landen zich al in de eerste helft
van 1994 van de recessie zullen gaan herstellen.
Bij de provisie-inkomsten uit het effectenbedrijf
was sprake van een verdubbeling ten opzichte
van het voorafgaande jaar. Wederom werd het
marktaandeel vergroot. Het aantal effectenrela
ties steeg beduidend, een bewijs dat onze des
kundige en persoonlijke service aanspreekt.
Ook op het gebied van vermogensbeheer nam
het aantal relaties verder toe. In april 1993 werd
het derde beleggingsfonds van de bank geïntro
duceerd onder de naam Friesland Aandelen
Fund. Evenals bij het rentegroei- en het divi-
dendfonds werd de inschrijving een succes.
Voor ruim f 33 miljoen werd ingeschreven door
beleggers die op termijn een fiscaalvrije ver-
mogensgroei voor hun financiële middelen na
streven. Het toevertrouwde vermogen van de
drie beleggingsfondsen van de bank bedroeg
aan het einde van het verslagjaar f 320 miljoen,
een stijging van f 161 miljoen ten opzichte van
ultimo 1992.
Toevertrouwde middelen
Spaargelden
Als gevolg van enkele negatieve ontwikkelingen
is de spaargeldaanwas bij het Nederlandse
bankwezen over 1993 zeer gering geweest.
Zo werd de spaarzin afgeremd door de snelle da
ling van de rente. Dit deed spaarders uitwijken
naar andere beleggingsvormen, waaronder onze
eigen huisfondsen, die zeer sterk groeiden. Daar
mee werd ook geprofiteerd van belastingvrijstel
ling.
Voorts nam de concurrentie toe door nieuwko
mers op de spaarmarkt, namelijk de verzeke
ringsbanken. Deze bleken in staat te zijn hogere
tarieven te bieden dan de traditionele bank.
Ook de Friesland Bank kon zich niet volledig aan
deze trend onttrekken. Het spaargeldvolume
nam in het verslagjaar met nog slechts 2% toe
tot f 2.562 miljoen. In 1992 bedroeg de aanwas
nog 6%, alhoewel dat percentage toen verte
kend werd door een gewijzigde spaargelddefini-
tie.
De beleggingsvoorkeur van de particuliere cliënt
verschoof, als gevolg van de gedaalde geld
marktrente, van korte deposito’s naar de ’profijt-
plusrekening’, één van de succesvolle spaarpro-
dukten van de Friesland Bank.
Overige toevertrouwde middelen
Als gevolg van de modelwijziging zijn nu even
eens deposito’s, direct opvraagbare tegoeden
en door de Friesland Bank opgenomen onder
handse leningen onder dit hoofd verantwoord.
Hier werd een procentuele groei gerealiseerd van
ruim 27%, mede doordat onderhandse geldle
ningen werden opgenomen in het kader van het
balansbeheer.
Betalingsverkeer
Het netwerk van gelduitgifteautomaten (GEA’s) is
161 Friesland Bank Jaarverslag 1993