EU-landen bewaarheid worden, dan zal dat echter het probleem van de groeiende werkloosheid niet oplossen. Dit blijkt uit het sombere beeld, dat in een witboek van de Europese Commissie wordt geschetst. Door de toename van de arbeidspartici patie en door de immigratie van naar schatting 5 miljoen personen zullen er in de periode 1994 tot en met 2000 liefst 15 miljoen nieuwe arbeidsplaat sen in Europa gecreëerd moeten worden. Oftewel een groei van de werkgelegenheid met 1,5% 2% per jaar gedurende de komende 7 jaar. Om een dergelijke doelstelling in het juiste perspectief te zien, moet men zich realiseren dat de groei van de werkgelegenheid in Europa de afgelopen jaren am per 0,2% per jaar bedroeg. Er moet steeds meer geïnvesteerd en geproduceerd worden voor de creatie van één nieuwe arbeidsplaats. Dit als ge volg van de toenemende mechanisering en auto matisering. Maar het Westeuropese bedrijfsleven probeert hieraan ook in toenemende mate te ont komen door het verplaatsen van activiteiten naar landen waar de arbeidskosten aanzienlijk lager lig gen. Vroeger werd dit alleen voor het laagwaardig werk gedaan. Door een betere communicatie en transport en door een stijgende scholingsgraad, kunnen tegenwoordig echter ook steeds hoog waardiger produktie en administratieve werk zaamheden verplaatst worden. Zowel structurele veranderingen als conjuncturele ontwikkelingen plaatsen de Europese Unie voor een uiterst moeilijk werkgelegenheidsprobleem, dat alleen kan wor den opgelost, als overheid en bedrijfsleven in Euro pa daaraan alle aandacht en energie besteden en daarnaast de moed hebben om onorthodoxe en impopulaire maatregelen niet te schuwen. De Nederlandse economie In vergelijking met Duitsland heeft de Nederland se economie het er niet zo slecht afgebracht. Een recessie bleef uit, want op jaarbasis groeide onze economie nog met 0,3%, terwijl de Westduitse met 1,9% daalde. Dat is opvallend, omdat de Ne derlandse economie toch zo nauw met de Duitse is verbonden, dat normaliter driekwart van de schommelingen in de conjunctuur van de Duitse economie binnen een half jaar terug te vinden is in de Nederlandse economie. Grafiek II Groei bbp Nederlandse economie - Nederland 1982 1983 1984 1985 1986 1987 1988 1 989 1990 1991 1992 1993 Bron: Datastream Binnen de Nederlandse economie zijn de onder linge verschillen echter vrij groot. Zo was de groei van de produktie met 4% bij de landbouw het hoogst. Eigenlijk is dat een vertrouwd beeld, want over het tijdvak 1981-1993 heeft de land bouw voortdurend de hoogste groeicijfers ge toond. Echter, doordat de prijzen van veel land-

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Friesland Bank | 1993 | | pagina 11