Toelichting Algemeen Deze toelichting heeft zowel betrekking op de samengevoegde als op de enkelvoudige jaarrekening van de Coöp. Ver. Friesland Bank b.a. De balans per 31 december 1986 en de winst- en verliesrekening over 1986 van de Coöp. Ver. Friesland Bank b.a. en de Stichting Spaarbank zijn opgenomen op de pagina’s 28 en 29. Grondslagen voor de samenvoeging In de samengevoegde jaarrekening zijn de cijfers van de volgende instellingen begrepen: Coöp. Ver. Friesland Bank b.a. geconsolideerd met haar directe en indirecte meerderheidsdeelnemingen Stichting Spaarbank der Coöp. Ver. Friesland Bank b.a. geconsolideerd met haar meerderheidsdeelnemingen de met de Friesland Bank gelieerde spaarbanken, te weten: Coöp. Spaarbank „De Bildtse Bank” u.a. te Sint Annaparochie Coöp. Spaarbank „Berlikum” b.a. te Berlikum Stichting Nutsspaarbank te Arum Nutsspaarbank Damwoude en Omstreken te Damwoude Stichting Spaarbank Mid-Fryslän te Grouw. Het belang in deze meerderheidsdeelnemingen bedraagt in alle gevallen 100 Waarderingsgrondslagen Algemeen De activa en passiva zijn gewaardeerd tegen de nominale waarde, tenzij hierna of in de toelichting bij de desbetreffende balanspost anders is vermeld. Bedragen in buitenlandse valuta zijn omgerekend tegen de laatst bekende koersen in 1986; de koersresultaten uit dezen hoofde worden in de winst- en verliesrekening verantwoord onder „Andere baten". De lopende interest op vorderingen en schulden is, voorzover bij de toelichting op de desbetreffende posten niet anders is medegedeeld, opgenomen onder „Debiteuren” respectievelijk „Crediteuren”. Effecten De waardering van de voor belegging gekochte obligaties geschiedt tegen de uitlotingswaarde. Het verschil tussen uitlotingswaarde en verkrijgingswaarde wordt opgenomen onder „Debiteuren” dan wel onder „Crediteuren” en wordt, naarmate de looptijd van de betreffende obligaties verstrijkt, ten gunste of ten laste van de winst- en verliesrekening gebracht, en wel onder het hoofd „Interest”. De overige effecten zijn, voorzover ter beurze genoteerd, gewaardeerd tegen de op balansdatum laatst bekende koersen. De nlet-genoteerde fondsen zijn opgenomen tegen de geschatte opbrengstwaarde. Zowel gerealiseerde als nlet- gerealiseerde koersverschillen met betrekking tot de overige effecten worden in de winst- en verliesrekening verantwoord onder „Andere baten”. Vorderingen De waardering geschiedt op het nominale bedrag onder aftrek van noodzakelijk geachte voorzieningen. Deelnemingen De waardering van de in de consolidatie begrepen deelnemingen geschiedt in de enkelvoudige balans op basis van de netto-vermogenswaarde ultimo boekjaar. De waardering van de niet-geconsolideerde deelnemingen vindt plaats op basis van de netto-vermogenswaarde aan de hand van de meest recente gegevens betreffende deze ondernemingen. Met betrekking tot zowel de geconsolideerde als de niet- geconsolideerde deelnemingen worden de waardeverschillen welke uit deze waarderingswijze voortvloeien, voorzover veroorzaakt door het resultaat van de betreffende deelnemingen, ten gunste of ten laste van de enkelvoudige c.q. samengevoegde winst- en verliesrekening gebracht (per saldo onder „Andere baten”). Via de winstverdeling worden de niet als dividenden uitgekeerde resultaten van de deelnemingen ten gunste van de „Wettelijke reserve” gebracht. Onroerende goederen en inventarissen Ingevolge de richtlijnen van De Nederlandsche Bank N.V. dienen de onroerende goederen in eigen gebruik vanaf 1984 te worden gewaardeerd tegen vervangingswaarde op basis van continuïteiten functionaliteit. Daarvoor vond waardering plaats tegen opbrengstwaarde bij willige verkoop. Gezien de uitkomsten van de op basis van de nieuwe richtlijnen verrichte taxaties, is in 1984 niet overgegaan tot een algehele herwaardering van de bankgebouwen. De vervangingswaarde wordt bepaald door middel van taxatie; vanaf 1982 wordt jaarlijks ongeveer 1/5 deel van de gebouwen getaxeerd. Nadat de aldus bepaalde waarde van de gebouwen is verminderd met de waarde van de grond, wordt op het dan resterende bedrag jaarlijks 3 van de boekwaarde afgeschreven. Afhankelijk van de ligging van de gebouwen is aan de grond een waarde toegekend van 1.000, 500 of 100 per m2. 15

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Friesland Bank | 1986 | | pagina 19