Gelet op de omvang en de looptijd van de aan onze instelling toevertrouwde gelden is, evenals in 1983, besloten een deel van de direct opvraagbare liquiditeiten te beleggen in Nederlandse staatsobligaties met een zo kort mogelijke resterende looptijd. Onze effectenportefeuille nam dientengevolge toe van 377 tot 466 miljoen. Het gemiddelde rendement van onze obligatieportefeuille bedroeg aan het einde van het boekjaar 9,9 terwijl de gemiddelde resterende looptijd van ons bezit aan obligaties op dat moment 4,5 jaar bedroeg. Per balansdatum was 721 miljoen beschikbaar aan liquiditeiten, onze effectenportefeuille daaronder begrepen, tegenover 638 miljoen per ultimo 1983, een toename van 13%. Vestigingen In het verslagjaar werd één nieuwe vestiging in gebruik genomen en wel in Bolsward. De kantoren in Oudebildtzijl en Sint Annaparochie, waar wij samen met de Coöp. Spaarbank ,,De Bildtse Bank” het bankbedrijf uitoefenen, zijn ingrijpend verbouwd. De bestaande kantoren te Wolvega en Sint Jacobiparochie zullen, als gevolg van ruimtegebrek, in een nieuw pand worden gehuisvest. Daartoe werden in 1984 de nodige onroerend goed-aankopen verricht. Het aantal vestigingen der bank bedroeg aan het einde van het verslagjaar 52. Aan een omvangrijk investeringsprogramma in nieuwe kantoren, waarmede in 1962 werd aangevangen, is, naar het zich thans laat aanzien, een einde gekomen. De Friesland Bank heeft nu in praktisch iedere daarvoor in aanmerking komende plaats in deze provincie één of meer vestigingen. Deelnemingen Over de gang van zaken bij onze dochterondernemingen op het gebied van de assurantiebemiddeling kunnen wij tevreden zijn. Zij leverden een positieve bijdrage tot het concernresultaat van de Friesland Bank. De rentabiliteit van het totale assurantiebedrijf verbeterde, niettegenstaande ongeveer gelijkblijvende provisiebaten, aanzienlijk als gevolg van deinde afgelopen jaren getroffen kostenbesparende maatregelen. De integratie van de bedrijven van Friesland Bank Assurantiën b.v. en haar dochteronderneming Assurantiekantoor J. W. van der Meulen b.v. werd in het verslagjaar voltooid. De in een vorig verslag uitgesproken verwachting, dat de rentabiliteit van het totale assurantiebedrijf aanmerkelijk kan verbeteren wanneer de twee bedrijven zijn geïntegreerd en de beide administraties tot één geautomatiseerd geheel zijn samengesmolten, is bewaarheid. Aangezien de voordelen van de integratie pas in de loop van 1984 zichtbaar werden behoort een verdere kostendaling in 1985 tot de mogelijkheden. Onze dochteronderneming, Passage- en Reisbureau J. W. van der Meulen b.v., zag het bedrijfsresultaat iets dalen als gevolg van lagere provisiebaten en een éénmalige kostenstijging voortvloeiende uit de aanschaf van Corda-computer apparatuur. Alhoewel in deze branche de marges gering zijn en de concurrentie groot is menen wij deze vorm van dienstverlening, mede ten behoeve van de cliënten der bank, te moeten handhaven. Ook in deze sector zal het rendementsherstel grotendeels gezocht moeten worden in het nemen van kostenbesparende maatregelen. Onze dochterondernemingen op het gebied van de makelaardij hebben ook in 1984 weer een positieve bijdrage geleverd tot het concernresultaat van de bank. Dank zij een sterk kostenbewust beleid kon, bij ongeveer gelijkblijvende provisiebaten, het beoogde positieve bedrijfsresultaat worden gerealiseerd. Dat de vooruitzichten in deze sector door ons niet ongunstig worden beoordeeld moge blijken uit het feit, dat in het verslagjaar in Emmen een nieuw kantoor werd gesticht. Onze makelaardijdochters hebben thans de beschikking over 15 vestigingen verspreid over de drie Noordelijke provincies. Ten slotte kan onder dit hoofd worden vermeld, dat in het verslagjaar alle in ons bezit zijnde aandelen in de Coöp. Ver. „Recrea” u.a. te Terschelling zijn verkocht, aangezien het rendement van onze deelneming onvoldoende was en onze personeelsleden slechts in zeer beperkte mate gebruik maakten van de mogelijkheid een vakantiewoning van deze vereniging te huren. De bij deze verkoop behaalde boekwinst ad 192.000 werd ten gunste van de winst- en verliesrekening gebracht onder het hoofd „Andere baten”. Resultaten over 1984 De rente-, provisie- en andere baten namen in het verslagjaar toe van 70,1 tot 70,7 miljoen, een stijging van 0,7 De kosten stegen van 44,3 tot 44,7 miljoen, een toename van 0,9 De brutowinst nam met 0,4 toe van 25,8 tot 25,9 miljoen. Binnen de verschillende baten- en lastencategorieën traden grotere schommelingen op dan uit de hiervoor genoemde geringe fluctuaties moge blijken. Zo daalden de rentebaten met 9,9 van 51,2 tot 46,1 miljoen. Het effect van de gedaalde rentemarge kon niet voldoende worden gecompenseerd door een stijging van de omzetten. Hierbij dient overigens te worden aangetekend, dat de rentemarge in 1983 uitzonderlijk gunstig was. Deze marge bewoog zich in 1984 op een voor onze instelling gebruikelijk niveau. De provisiebaten handhaafden zich op praktisch hetzelfde peil als het vorige jaar. De 8

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Friesland Bank | 1984 | | pagina 12