BIJLAGE II. De in het jaar 1923 gesloten leeningen waren verdeeld als volgt: A. Naar de wijze van aflossing 14 leeningen aflosbaar in eens, gesloten voor ten hoogste 5 jaar309.600.— 112 leeningen aflosbaar in jaarlijksche termijnen, gesloten voor ten hoogste 10 jaar2.382.600.- I2° 2.692.200.— B. Naar het rentecijfer 1 leening tegen 5# 30.000.- 116 leeningen 5% 2.223.500.- 9 n n 6 438.7OO.— I26 f 2.692.200. C. Naar de grootte 3 boven 100.000.—385.000.— 2 van 75.001.- tot 100.000.-185.000.— 5 n n 50.001.— 75.OOO.—n 3IO.OOO.— *8 25.001.— 50.000.—620.500.— 53 IO.OOI.— 25.000.— 879.200.— 45 10.000.- en minder312.500.— I2° 2.692.200.— D. Naar de ligging 7 in Amsterdam 205.000.— 2 Rotterdam45.000.— 67 ’s-Gravenhage1.490.200.- 10 Noord-Holland (behalve Amsterdam)117.100. 21 Zuid-Holland (behalve Rotterdam en ’s-Gravenhage) 588.100.— 9 n Utrecht132.000.— 4 Gelderland32.700.- 5 Noord-Brabant52.100.- 1 Limburgn 30.000.— I26 f 2.692.200.— 22

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Eerste Nederlansche Hypotheekbriefbank | 1923 | | pagina 21