Voorstel van het College van Commissarissen. Commissarissen der Eerste Nederlandsche Hypotheekbriefbank hebben de door de Directie opgemaakte Balans en Verlies- en Winstrekening onderzocht en accoord bevonden, en hebben, ingevolge art. 52 der Statuten, de eer U haar aan te bieden. Zij stellen U voor het winstcijfer te bepalen op f 169.687.37 en het te bestemmen als volgt: Voor afschrijving op het Kantoorgebouw1.000.- Voor 4 van het verplicht gestort kapitaal op 1500 aandeelen 10.000.— 11.000. Door de uitgifte der 250 nieuwe aandeelen is de statutaire reserve thans niet meer aan haar maximum en stellen Commissarissen U daarom voor het dividend vast te stellen op 23 °/o of 46.— per aandeel iste en 2de Serie en 23.— per aandeel 3d6 Serie en verder van het resteerende 10.522.045 te storten in de Reservekas, waardoor deze kas zal bedragen 350.000.— of Vs gedeelte van het nominaal bedrag der uitgegeven aandeelen, terwijl hetgeen na die storting overblijft, na aftrek van 5203.75 als verschuldigd voor dividend belasting over 1921, is té brengen op de rekening „Onverdeeld Dividend”. Het ten vorigen jare genomen besluit om, ingevolge het bepaalde van art. 55 der Statuten, de 15 °/o der winstverdeeling voor de Reservekas bestemd te doen strekken ten voordeele van de rekening „Extra Reserve” en de rente, welke het Belegd Reservefonds afwerpt, onder aftrek van eventueel koersverlies van 23

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Eerste Nederlansche Hypotheekbriefbank | 1921 | | pagina 22