Dienstverlening
De sterke groei van de dienstverlening bij aan- en
verkoop van effecten hebben de Centrale Bank aan
leiding gegeven de relatie tot de Amsterdamse
effectenbeurs te versterken door middel van overneming
van het aandelenkapitaal van het commissionairskantoor
Transandine Handelmaatschappij N.V.
De verkoop van standaardreizen via onze kantoren
heeft een grote vlucht genomen. In 1970 nam het aantal
cliënten dat een reis boekte aanzienlijk toe. Het aantal
aangesloten banken dat bij de reisbemiddeling is
betrokken, kon in het verslagjaar worden opgevoerd van
143 tot 470. De onverwacht grote vraag naar deze vorm
van dienstverlening maakte het noodzakelijk het pakket
van reismogelijkheden sterk uit te breiden.
Bedrijfsresultaten
De bedrijfsresultaten van de organisatie waren
wederom bevredigend. Door de hoge rentestand op de
spaarmarkt stegen de rentelasten en moest in 1970
een verdere aanpassing van de aan de kredietnemers in
rekening gebrachte rentetarieven plaatsvinden,
waardoor de rentemarge in stand kon worden gehouden.
Daarnaast werden hogere provisiebaten uit de
bemiddelingsdiensten verkregen.
Tegenover een nettostijging van de rente- en
provisiebaten van 34 stond een lastenvermeerdering
uit hoofde van bedrijfskosten en afschrijving van
26
Na voorziening voor verschuldigde vennootschaps
belasting waarbij rekening is gehouden met het
verhoogde tarief voor de aangesloten banken en
na toepassing van extra afschrijvingen en bijzondere
voorzieningen en reserveringen bedraagt de onverdeelde
winst f 46 miljoen (34).
Deze open reserves bij de organisatie als geheel belopen
per ultimo 1970 f 500 miljoen (453), als volgt verdeeld
over de onderdelen der organisatie:
aangesloten banken f 405,0 miljoen (367,1)
Centrale Bank inclusief Stichting
Spaarbank voor het Onderwijs f 94,3 miljoen 85,9)
Raiffeisenhypotheekbank N.V. f 0,2 miljoen 0,1)
Ontwikkeling van de toevertrouwde
middelen 1965-1970
Indices 1965 100
Girale tegoeden incl. privérekeningen
Spaartegoeden
Girale tegoeden excl. privérekeningen
200
150
100
1965 1966 1967 1968 1969 1970
De reserves zijn exclusief het onverdeelde
winstsaldo, doch inclusief de reserve wegens
herwaardering gebouwen van f 95 miljoen (100). Deze
herwaardering vond plaats op basis van waarderings-
maatstaven van de Nederlandsche Bank.
Organisatorische aspecten
Van historische betekenis is het besluit, in
september 1970 door Bestuur en Raad van Toezicht van
de Centrale Bank genomen, om een zo volledig
mogelijke samenwerking met de Eindhovense
zusterorganisatie na te streven. De behandeling van dit
besluit in de najaarsringvergaderingen en de daarop
gevolgde Centrale Ringvergadering maakte het mogelijk
over te gaan tot de oprichting, tezamen met de
Coöperatieve Centrale Boerenleenbank te Eindhoven,
van de Coöperatieve Raiffeisen-Boerenleenbank W.A.,
gevestigd te Amsterdam. De oprichting hiervan
geschiedde op 22 december 1970. Het doel van deze
instelling is gericht op het voorbereiden van de
integratie van beide landbouwkredietorganisaties en
op het overnemen van bepaalde banktaken, welke thans
door de centrale banken te Utrecht en Eindhoven
afzonderlijk worden verricht.
De in 1969 voorbereide herziening van de ringindeling
werd in het verslagjaar geëffectueerd. Wijzigingen
kwamen tot stand in de provincie Friesland en in het
oosten en midden van ons land.
In verband met de wet op de Jaarrekening die op
1 mei 1971 van kracht wordt, is door de hoofdafdeling
Inspectie van de Centrale Bank in nauw overleg met de
externe accountant in het verslagjaar wijziging gebracht
in het controleprogramma.
In samenwerking met zusterorganisaties uit de landen
van de Europese Economische Gemeenschap werd in
het verslagjaar overgegaan tot de vestiging van een
permanente vertegenwoordiging van het Europese
coöperatieve spaar- en kredietwezen te Brussel.
De omvang van de verrichte werkzaamheden bij de
afdeling Automatisering nam sterk toe. Het aantal
verwerkte posten verdubbelde tot circa 45 miljoen.
Ultimo 1970 waren ruim 2,2 miljoen rekeningen in
administratie.
De boekhouding van 164 aangesloten banken was op
dat moment geheel geautomatiseerd. Bij zes banken
was dit gedeeltelijk het geval. Door de aanschaffing van
een optische paginalezer medio 1970 komen nu in
principe alle aangesloten banken voor automatisering in
aanmerking.
Daar de thans ter beschikking zijnde ruimte in de
toekomst onvoldoende zal zijn, is besloten tot de
bouw van een nieuw computercentrum.
De activiteiten op het terrein van opleiding en
voorlichting namen verder toe. De groei van de organi
satie en de daarmee gepaard gaande behoefte aan
algemene en gespecialiseerde kennis vormen het
motief voor de uitbouw van deze werkzaamheden.
Naast de opleidingsactiviteiten in de vorm van
bestuurdersconferenties, Raiffeisencursussen, kader- en
introductiecursussen en gespecialiseerde opleidingen
voor assurantiebemiddeling en reisbemiddeling, hebben
de directeurenconferenties veel aandacht gevraagd.
Hieraan werd door 360 directeuren deelgenomen. Tot de
programmapunten van deze conferentiedagen behoorde
de samenstelling van een plan voor vaktechnische
opleiding van personeel van de aangesloten banken.
In 1971 zal hieraan uitvoering worden gegeven.
De aanpassing van de huisvesting van de Centrale Bank
en de aangesloten banken aan de stormachtige
ontwikkeling heeft ook in het verslagjaar weer gote
aandacht gevraagd. De Centrale Bank verkreeg
aanvullende kantoorruimte door de huur van vier etages
in een kantoorflat te Utrecht. Het onderzoek naar de
mogelijkheden tot verdere uitbreiding van het bestaande
gebouwencomplex heeft ertoe geleid, dat in principe
besloten is tot algehele nieuwbouw in Utrecht.
Nadat de vereiste goedkeuringen zullen zijn verkregen
zal zo mogelijk in de loop van 1971 worden begonnen
met de bouw van het nieuwe kantoorgebouw op het
thans nog braak liggende terrein aan de
Weg der Verenigde Naties. Hierdoor wordt opnieuw
een centrale vestiging verkregen welke enerzijds aan
een belangrijke uitvalsweg dicht bij het verkeersplein
Oudenrijn gelegen is, anderzijds in de directe omgeving
van een N.S.-station.
Het maken van een eerste schets voor het nieuwe
kantoorgebouw is opgedragen aan het architectenbureau
Op ten Noort-Blijdenstein. In overleg met de
gemeentelijke autoriteiten wordt het plan dusdanig
opgezet, dat het niet alleen aan het zakelijke programma
27