accountantsverklaring
aan de algemene vergadering van het
onderling raiffeisengarantiefonds
Hiermede verklaren wij, dat de in dit jaarverslag opgenomen balans en resultaten
rekening tezamen met de op deze stukken betrekking hebbende toelichtingen een
betrouwbaar beeld geven van de financiële positie per 31 december 1965 en van
de resultaten over het boekjaar 1965 van het
ONDERLING RAIFFEISENGARANTIEFONDS TE UTRECHT
Rotterdam, 24 februari 1966
MORET, DE JONG STARKE
H. R. Liebelt A. C. J. Jonkers
Mijne heren,
Door deze delen wij u mede, dat wij de jaarstukken, betrekking hebbende op het
boekjaar 1965, overeenkomstig de gevoerde administratie hebben bevonden.
Wij stellen u voor de rekening en verantwoording van het Bestuur goed te keuren.
DE RAAD VAN TOEZICHT:
R. J. van Beekhoff
G. J. M. Berendsen
M. P. van der Weyden
G. Schuyt Kzn.
G. W. Leuvelink
A. van der Zwaard
H. de Jong
G. Vredeveld
G. K. Wijk
L. A. M. Elenbaas
Utrecht, maart 1966