accountantsverklaring
aan de algemene vergadering
het bedrijf van de aangesloten banken
algemeen
liquiditeit
kredietverlening en beleggingen in eigen kring
Ondergetekenden verklaren dat zij de boekhouding en de jaarstukken over 1964
van de
COÖPERATIEVE CENTRALE RAIFFEISEN-BANK TE UTRECHT
hebben gecontroleerd.
Op grond van hun onderzoek zijn zij van mening dat de balans per 31 december
1964, de resultatenrekening over 1964 en de bij deze stukken behorende toelichting
een juist beeld geven van de financiële toestand per die datum en van de resul
taten in 1964 behaald.
MORET, DE JONG STARKE
A. C. J. Jonkers
Rotterdam, 24 februari 1965
Mijne heren,
Ter voldoening aan het bepaalde in artikel 32 onzer statuten hebben wij de reke
ning en verantwoording van het Bestuur onderzocht.
Twee daartoe uit ons midden aangewezen leden hebben de balans per 31 decem
ber 1964 en de verlies- en winstrekening over 1964 vergeleken met de boeken en
bescheiden. Onze raad heeft de jaarstukken overeenkomstig de gevoerde admini
stratie bevonden.
Wij geven u in overweging krachtens het bepaalde in artikel 48 onzer statuten de
rekening en verantwoording van het Bestuur, zomede zijn voorstel tot bestemming
van de winst goed te keuren.
DE RAAD VAN TOEZICHT:
R. J. van Beekhoff
G. J. M. Berendsen
M. P. van der Weyden
Jac. P. Lindenbergh
G. Schuyt Kzn.
G. W. Leuvelink
A. van der Zwaard
H. de Jong
G. Vredeveld
G. K. Wijk
Utrecht, 5 maart 1965
Van het bedrijf van de aangesloten banken zullen de voornaamste onderdelen
hieronder worden besproken.
Het zijn in het bijzonder de onderwerpen: toevertrouwde middelen, uitzettingen en
liquiditeit. Voor zover de daarbij te noemen totaalcijfers afwijken van eerder ge
noemde totalen van middelen en kredietverlening, zijn deze afwijkingen toe te
schrijven aan het feit, dat het eigen bedrijf van de Centrale Bank thans uit de
cijfers is geëlimineerd.
De liquiditeit van de aangesloten banken, die voornamelijk wordt aangehouden in
de vorm van rekening-courantsaldi bij de Centrale Bank, nam in absolute bedragen
met 74,2 miljoen toe tot in totaal f 1.800,9 miljoen.
Uitgedrukt in procenten van de toevertrouwde middelen was de liquiditeit aan het
einde van het jaar 37,4
liquide en toevertrouwde middelen van de aangesloten banken
(bedragen x 1 miljoen)
liquide
middelen
1960
1961
1962
1963
1964
1.295,3
1.428.8
1.533,7
1.726,7
1.800.9
toevertrouwde
middelen
3.030.4
3.417.8
3.722,1
4.280.9
4.812.5
liquide middelen
in van toever
trouwde middelen
42.7
41.8
41.2
40.3
37.4
Inclusief bijgeschreven rente.
De geleidelijke vermindering van het percentage liquide middelen staat in verband
met de grote kredietvraag uit de eigen kring van de aangesloten banken.
omvang De toeneming van de kredietverlening en de beleggingen in eigen kring is in het
afgelopen jaar groter geweest dan in de voorafgaande jaren; zij bedroeg 412,2
miljoen.
Hiervan had rond 70 betrekking op hypothecaire leningen.