Balans per 31 december 1960
Verlies- en winstrekening over 1960
Balans per 31 december 1960 en
Resultatenrekening over 1960
van de Stichting Spaarbank der
Coöperatieve Centrale Raiffeisen-Bank
Liquiditeit
De aanwas van de toevertrouwde middelen, die inclusief de bijgeschreven rente 284,2 mil
joen bedroeg, is tot een bedrag van 252,0 miljoen uitgezet in de vorm van kredietverlening
en beleggingen in eigen kring alsmede overige uitzettingen. Als gevolg hiervan was de toe
neming der liquiditeiten geringer dan in de beide voorgaande jaren. Het per ultimo 1960 be
rekende liquiditeitspercentage bedroeg 42,9.
Beloop der liquide middelen
(in miljoenen guldens)
en toevertrouwde
middelen der aangesloten
banken
Liquide
Toevertrouwde
Liquide middelen
middelen
middelen
in der toevertr.
Ultimo
middelen
1956
753,0
1.882,2
40,0
1957
803,7
1.996,8
40,2
1958
1.117,6
2.360,3
47,3
1959
1.271,7
2.748,0
46,3
1960
1.299,0
3.032,2
42,9
Rentabiliteit
De belangrijkste winstbron voor de aangesloten banken wordt gevormd door de rentewinst.
Deze is afhankelijk van de omvang van de toevertrouwde middelen en van de uitzettingen en
voorts van de hoogte der debet- en creditrentetarieven.
Daar de uitzettingen relatief sterker zijn gestegen dan de toevertrouwde middelen, terwijl de
debet- en creditrentetarieven op nagenoeg hetzelfde niveau zijn gebleven als in 1959, zal de
rentewinst gunstiger zijn dan in het voorgaande jaar. Door de gestegen bedrijfsomvang zullen
ook de provisiebaten zijn toegenomen, doch anderzijds hebben ook de kosten een stijging
ondergaan, o.a. als gevolg van de loonronde en de huurcompensatie. De bovenvermelde fac
toren in aanmerking nemende mag worden verwacht dat de bedrijfsresultaten van de aan
gesloten banken ten opzichte van die over 1959 gestegen zullen zijn.
Door bijschrijving van de winst over 1959 namen de reserves in het verslagjaar met 6,9
miljoen toe tot 105,6 miljoen.