De bijzondere weersomstandigheden in 1960, die vooral in de kleigebieden de oogstop brengsten nadelig hebben beïnvloed en bovendien tot extra kosten leidden, blijken op de bedrijfsgelden een niet onbelangrijke invloed te hebben uitgeoefend. Uitzettingen Kredietverlening en beleggingen in eigen kring In de jaren 1956 tot en met 1960 kwamen de volgende mutaties voor in de onderscheidene posten van deze rubriek: Mutaties in de posten van de groep kredietverlening en beleggingen in eigen kring in de jaren 1956-1960 (in miljoenen guldens) 1956 1957 1958 1959 1960 Debetsaldi in rekening-courant 33,1 6,2 21,5 30,7 19,1 Voorschotten aan nat. pers. niet vallende onder hypotheken 13,2 4,6 6,2 17,6 20,6 Hypotheken 64,3 24,2 33,9 96,9 124,5 Leningen aan rechtspersonen 20,2 16,1 7,1 11,0 17,5 130,8 51,1 _L 25,7 156,2 181,7 Uit dit overzicht blijkt dat de toeneming van de groep kredietverlening en beleggingen in eigen kring met een bedrag van 181,7 miljoen een nieuw hoogtepunt heeft bereikt, waar toe vooral de stijging van de post hypotheken heeft bijgedragen. De stijging van de debetsaldi in rekening-courant is veroorzaakt door de gestegen krediet behoefte van natuurlijke personen, waarvan de schuld in rekening-courant toenam met 30,9 miljoen. De kredietverlening aan coöperatieve verenigingen nam daarentegen af met 11,8 miljoen, voornamelijk als gevolg van de verminderde kredietbehoefte van zuivelfabrieken. Het totaal van de debetsaldi in rekening-courant bedroeg op 31 december 1960 376,6 miljoen. Het beloop van de voorschotten aan natuurlijke personen, vaste hypotheken en leningen aan rechtspersonen wordt weergegeven in de volgende tabel. Beloop van de voorschotten, hypotheken en leningen aan rechtspersonen (in miljoenen guldens) 1958 1959 1960 1960 voorsch. vaste leningen totaal totaal totaal nat. pers. hypotheken rechtsp. Verstrekt 137,0 237,6 310,6 54,0 212,8 43,8 Afgelost 89,8 112,1 148,0 33,4 88,3 26,3 Stijging 47,2 125,5 162,6 20,6 124,5 17,5 Saldo 31 december 634,9 760,4 923,0 123,1 650,1 149,8 Het totaal van de verstrekte voorschotten tot een bedrag van 310,6 miljoen betekent een nieuw hoogtepunt. Van dit bedrag is 212,8 miljoen verstrekt in de vorm van hypothe caire voorschotten, waaraan thans in totaal 650,1 miljoen uitstaat. Deze belangrijke uit breiding van de post hypotheken werd voornamelijk veroorzaakt door de financiering van de particuliere woningbouw. De aangesloten banken komen hiermee tegemoet aan de in eigen kring bestaande behoefte aan middelen ter verkrijging van een eigen woning. Het aantal verstrekte posten, dat in 1959 25.346 bedroeg, nam toe tot 29.281. Het gemiddeld per post verstrekte bedrag vertoonde zowel bij de voorschotten aan natuurlijke personen als bij de hypotheken een verdere stijging. Bij de voorschotten nam dit gemiddelde toe van 4.570,tot 4.870,en bij de hypo theken van 11.340,tot 12.140, Van het per 31 december 1959 uitstaande bedrag aan voorschotten werd aan aflossingen ont vangen 19,5 tegen 17,7 in 1959. Overige uitzettingen De groep overige uitzettingen nam met 70,4 miljoen in nog sterkere mate toe dan in 1959. De uitbreiding van de effectenportefeuille met 37,9 miljoen vond tot een bedrag van ruim 34,0 miljoen plaats door inschrijving op de emissies van de Staat der Nederlanden en de Bank voor Nederlandsche Gemeenten N.V. De leningen aan publiekrechtelijke lichamen met een looptijd langer dan één jaar en de onder overheidsgarantie uitstaande leningen namen toe met respectievelijk 7,8 miljoen en 5,0 miljoen. Hiernaast werd in het verslagjaar voor de aangesloten banken de mogelijkheid geopend deel te nemen in door de Centrale Bank verstrekte leningen aan rechtspersonen, waardoor de post deelnemingen in deze leningen steeg met 9.5 miljoen.

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Coöperatieve Centrale Raiffeisen-Bank | 1960 | | pagina 16