Aan de algemene vergadering
Mijne Heren,
Overeenkomstig het bepaalde in het tweede lid van artikel 54 onzer statuten leggen wij hier
bij aan u voor het jaarverslag met de verlies- en winstrekening over 1959 en de balans per
31 december van dat jaar, vergezeld van een toelichting op de daarin voorkomende cijfers.
Raad van toezicht en bestuur
Tot ons leedwezen zag de heer N. J. H. Raat zich om gezondheidsredenen genoodzaakt in maart
1959 het voorzitterschap van de raad van toezicht neer te leggen. In zijn plaats werd de heer
H. A. Wind, tot dat tijdstip secretaris van de raad, tot voorzitter gekozen. De heer Raat nam
de functie van secretaris van dit college op zich.
Het verheugt ons dat de heer Raat in de loop van 1959 weer actief aan de werkzaamheden
van de raad van toezicht heeft kunnen deelnemen. Dr. A. J. Verhage, plaatsvervangend secre
taris van de raad van toezicht, werd tevens tot plaatsvervangend voorzitter van dit college
benoemd.
In de op 28 mei 1959 gehouden algemene vergadering werden de heren H. A. Wind, Jac. P.
Lindenbergh, J. Jensema J.Dzn en dr. A. J. Verhage, volgens rooster aan de beurt van aftreden,
herkozen als lid van de raad van toezicht.
Zoals wij reeds in het vorige jaarverslag vermeldden, overleed op 8 februari 1959, geheel on
verwacht, prof. dr. W. Rip, lid en tevens plaatsvervangend voorzitter van het bestuur. In de
hierdoor ontstane vacature werd door de algemene vergadering voorzien door de verkiezing
van mr. B. W. Biesheuvel te Aerdenhout als lid van het bestuur.
Mr. C. Th. E. graaf van Lijnden van Sandenburg, lid van het bestuur, werd tot plaatsvervan
gend voorzitter van het bestuur benoemd.
Directie en personeel
De heer H. J. Hendriksen, directeur, herdacht onder grote belangstelling op 2 januari 1959
het feit, dat hij 40 jaar geleden in dienst van de Centrale Bank trad.
Op 1 december 1959 verliet de heer J. H. Vruink, procuratiehouder bij het Gemeenschappelijk
Bankkantoor te 's-Gravenhage, de dienst van de Centrale Bank. Voor zijn verdiensten bij de
opbouw van het Gemeenschappelijk Bankkantoor spreken wij ook op deze plaats gaarne onze
erkentelijkheid uit.
Voorts verlieten in het verslagjaar twee leden van het personeel, te weten de heren J. L. Scharp