I Verlies- en winstrekening b. Reserve risico effecten 7.250.000, Saldo per 1 januari 1959 f 6.500.000, Ingevolge besluit van de algemene vergadering van 28 mei 1959 werd uit de winst 1958 hieraan toe gevoegd 750.000, 7.250.000,— Schulden op lange termijn Het bedrag der uitstaande obligaties bedroeg per 1 januari 1959 f 8.216.000, 4 -emissie 1959 5.000.000, Uitgeloot in 1959 Termijndeposito's Gelden a deposito met looptijden van één maand en langer. De termijn deposito's van de lokale banken namen af met 2.935.600,' Crediteuren a. Deposito's lokale bankenƒ1.240.526.522,24 Per 1 januari 1959 was gedeponeerd 1.082.953.283,98 b. Deposito's landbouworganisaties f 9-212.873,42 c. Stichting Spaarbank 13.073.185,37 d. Overige crediteuren 45.102.161,55 In deze post zijn begrepen creditsaldo's banken in binnen- en buiten land, de belastingvoorziening, tegenwaarde verplichtingen tot levering van vreemde valuta en diverse nog te verrekenen posten. Lasten Onkosten waarvan: voor salarissen 2.224.346,77 sociale lasten 856.932,26 44 huisvesting 90.153,59 algemene kosten 1.021.231,59 voorlichting en propaganda 248.639,45 lidmaatschappen en giften 52.251,40 4.493.555,06 af: bijdragen lokale banken 595.379,35 3.898.175,71 12.000.000,— 13.216.000,— 1.216.000,— 12.000.000 14.266.000 „1.307.914.742,58 3.898.175,71 Afschrijving inventaris betreft vervanging en aanvulling inventaris 96.610,90 Baten Interest waarvan baten: schatkistpapier en beleggingen op korte termijn effecten debiteuren leningen landbouworganisaties, hypotheken en andere beleggingen op lange termijn diversen en lasten: kapitaal 712.926,67 schulden op lange termijn 415.834,17 termijndeposito's435.811,28 lokale banken en andere crediteuren 30-700.075,19 32.264.647,31 10.645.091,86 De controle op de administratie der Centrale Bank werd ook in dit verslagjaar uitgeoefend door de heren Jonkers en de Jong, accountants te Rotterdam. Het bestuur: G. Minderhoud, voorzitter S. van Wijnbergen, secretaris J. L. Hoogland Van Lijnden van Sandenburg B. W. Biesheuvel Utrecht, 10 maart 1960 10.645.091,86 14.572.645,89 8.365.410,97 3.424.898,43 16.382.596,65 164.187,23 42.909.739,17 bij besluit van het bestuur dd. 15 oktober 1959 is de rente op het geplaatste kapitaal voor het verslagjaar vastgesteld op 4

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Coöperatieve Centrale Raiffeisen-Bank | 1959 | | pagina 23