Het bedrijf der aangesloten banken
Verkorte verzamelbalans der aangesloten banken
met voorlichtende cursussen, bestemd voor bestuurs
leden cn kassiers. Het ligt in het voornemen hiermede
in 1956 voort te gaan.
Ondanks deze toenemende werkzaamheden heeft de
controle op de administratie van de aangesloten
banken in het verslagjaar volgens de vastgestelde
schema s plaats kunnen vinden. De inspectie omvat
naast de administratieve controle ook de controle op
het gevoerde beheer, op de kredietpolitiek, de renta
biliteit en de inrichting van de administratie. Of
schoon de balans per 31 december 1954 als basis
voor de controle diende, werd de administratie tot aan
de datum van de gehouden inspectie gecontroleerd.
Behalve voor de jaarlijkse en periodieke inspecties
worden de banken als regel eenmaal per jaar bezocht
voor onverwachte kascontrole en controle van verdere
waarden. Van alle controles wordt rapport uitgebracht
aan bestuur en raad van toezicht der betrokken bank,
terwijl de kassier van het uitgebrachte rapport een
afschrift ontvangt.
in de loop van 1955 werd één assistent bij de afdeling
inspectie aangesteld, terwijl één inspecteur de dienst
verliet met invaliditeitspensioen. Tevens moest door
plaats gehad hebbende mutaties één inspecteur prak
tisch aan de buitendienst onttrokken worden. In deze
buitendienst zijn thans werkzaam 37 inspecteurs,
adjunct-inspecteurs en assistenten.
Het in Groningen gevestigde bijkantoor verrichtte de
controle van de banken in Groningen en in een deel
van Drenthe, terwijl de Zeeuwse banken en een deel
van de banken in Noord-Brabant ressorteren onder het
te Goes gevestigde rayonbureau. Bij een deel van de
Friese banken heeft de controle plaats door een te
I.eeuwarden wonende inspecteur.
De afdeling research besteedt speciale aandacht aan
de in de rapporten voorkomende opmerkingen over
aangelegenheden, welke van zodanig belang zijn, dat
oplossing ervan urgent is. Het is verheugend te mogen
constateren, dat deze werkzaamheid goede resultaten
oplevert.
Van de begrotingsafdeling wordt steeds meer door de
banken gebruik gemaakt voor beoordeling van de inge
zonden begrotingen. Talrijke adviezen werden gegeven
ten aanzien van de te volgen rentepolitiek. De resul
taten hiervan stemmen in het algemeen tot grote
tevredenheid, temeer daar steeds meer banken er toe
overgaan te trachten in ringverband te komen tot een
meer uniforme rentepolitiek. Wij bevelen dit onder
linge overleg warm aan en zullen steeds bereid zijn
de nodige gegevens, welke dit overleg kunnen ver
gemakkelijken, aan de desbetreffende banken te
verstrekken.
De besprekingen, die na afloop van een gehouden
inspectie met het bestuur en de raad van toezicht
plaats vinden, worden door ons op hoge prijs gesteld,
daar wij van mening zijn, dat deze besprekingen niet
alleen kunnen bijdragen tot het bewaren van de hechte
band tussen de aangesloten boerenleenbanken en de
Centrale Bank, maar ook tot het verkrijgen van een
juiste bewindvoering.
De verwerking van de gegevens van de maandstaten
door de afdeling statistiek had ook dit jaar, dank zij
de medewerking van de aangesloten banken, een vlot
verloop,
In de loop van 1955 werd voor het eerst de gecom
bineerde balans per 31 december 1954 van de aan
gesloten banken volgens de in de Staatscourant
gepubliceerde redactie opgemaakt, terwijl tevens een
winst- en verliesrekening naar de richtlijnen van de
Nederlandsche Bank werd samengesteld.
an de jaarstatistiek, welke uit de gegevens van de
inspectierapporten wordt gemaakt, kwam die per
31 december 1953 gereed. Een aanvang werd gemaakt
met de verwerking van de cijfers per 31 decem
ber 1954.
Voor de opstelling van de normen, aangegeven in het
rapport 1955 inzake de salariëring van kassiers van
aangesloten banken, werden omvangrijke werkzaam
heden verricht. Na het verschijnen van het rapport
werden reeds tal van adviezen verstrekt. Ook ten aan
zien van de pensioenregelingen voor kassiers cn perso
neel werden in 1955 vele adviezen gegeven.
De administratie van de Stichting Pensioenvoorziening
Kassiers werd ook in 1955 verzorgd.
In 1955 verzorgde de belastingafdeling van de Cen
trale Bank voor vrijwel alle aangesloten boerenleen
banken en boerenleenbanken-handelsverenigingen de
aangiften vennootschapsbelasting 1954 (1953/1954).
Voor 722 banken werd in totaal aan belastbare be
dragen aangegeven 7.301.000,-, waaruit aan ven
nootschapsbelasting 1954 (1953/1954) een totaal
van 1.473.900,voortvloeit. De boerenleenbanken
vallen onder het uitzonderingstarief van 20 voor
besloten kredietinstellingen; de boerenleenbanken
handelsverenigingen onder het normale tarief. Dit
laatste bedroeg over 1954 (1953/1954) 42!£ tot
46 over 1955 40 tot 43 Onze boerenleen
banken-handelsverenigingen zullen over het boekjaar
1954/1955 een overgangstarief van circa 44
betalen.
De afdeling publiciteit en public relations heeft in
het afgelopen jaar alle aandacht geschonken aan de
uitbreiding van de spaargelden. Door toepassing van
verschillende methoden werd het sparen bevorderd,
vooral onder de jeugd. Ook ditmaal werd een spaar
actie voor de jeugd ontwikkeld, tezamen met de
Coöperatieve Centrale Boerenleenbank te Eindhoven.
Door middel van filmavonden, deelneming aan ten
toonstellingen en voordrachten werd een goede voor
lichting nagestreefd. Met een adverentie-campagne in
de landbouwpers werd het werk der boerenleenbanken
ondersteund.
Tot de overige werkzaamheden behoorde ook het
regelmatig contact met het eerder vermelde Gezins-
Begrotings-Instituut te Rotterdam, waarin de grote
spaarinstellingen samenwerken.
Omtrent de materiaal-afdeling zijn geen bijzonder
heden te vermelden, evenmin als over ons maandblad
,,de Raiffeisen-Bode", dat regelmatig bleef ver
schijnen en zich in een toenemende belangstelling
mag verheugen.
De na 1951 ingezette ontwikkeling van stijgende toe
vertrouwde middelen heeft zich ook in het verslagjaar
voortgezet. De toeneming ad ruim 145 miljoen in
1955 was zelfs groter dan in een der voorgaande jaren
en overtrof die van 1954 met ruim 63 miljoen.
Daar ook de krediet- en voorschotverlening, alsmede
de beleggingen in zeer belangrijke mate stegen, is het
saldo-tegoed in rekening-courant van de lokale ban
ken bij de Centrale Bank slechts toegenomen met bijna
37 miljoen. Hiermede gaat blijkens de onderstaande
verzamelbalans het rekening-courant-tegoed van de
aangesloten banken bij de Centrale Bank een bedrag
van 800 miljoen te boven.
Ter verkrijging van het juiste totale tegoed behoren
bij het saldo in rekening-courant groot 802.2 mil
joen nog gevoegd te worden de in onderstaande ver
zamelbalans onder overige uitzettingen opgenomen
termijndeposito's ten bedrage van 16.7 miljoen, als
mede de per 31 december 1955 bijgeschreven rente
verminderd met kosten ad 16.4 miljoen, zodat het
totale tegoed van de aangesloten banken bij de Cen
trale Bank 835.3 miljoen bedraagt. Het verschil met
het op de balans van de Centrale Bank opgenomen
bedrag groot 839.1 miljoen wordt veroorzaakt door
overlopende posten.
(Cijfers in miljoenen guldens)
ACTIVA PASSIVA
31-12-54
31-12-55
31-12-54
31-12-55
netto
bruto*
netto
bruto
Centrale Bank rekening-courant
765.5
802.2
67.1
71.2
Overige liquiditeiten
35.2
37.5
Spaargelden
1369.0
1475.9
Kredietverlening en beleggingen
Creditsaldi in rekening-courant
249.3
287.9
607.7
705.4
0.1
1.1
Overige uitzettingen
267.3
292.2
Diverse rekeningen
25.0
39.3
Diverse rekeningen
34.8
38.1
1710.5
1875.4
1710.5
1875.4
netto inclusief bijgeschreven rente, provisie, enz.
bruto zonder bijgeschreven rente, provisie, enz.
Als gevolg van de sedert 1951 opgetreden aanwas dei-
spaargelden en creditsaldi in rekening-courant ten be
drage van respectievelijk 431.1 en 93.4 miljoen
is de omvang van vele aangesloten banken belangrijk
toegenomen. Zoals uit de navolgende frequentie
verdeling naar balanstotalen blijkt, zijn er per
31 december 1955 nog slechts 144 boerenleenbanken
met een balanstotaal van minder dan 1 miljoen,
terwijl per ultimo 1951 dit aantal nog 257 bedroeg.
Deze vooruitgang is vooral met het oog op de kosten
van zeer veel belang, daar hierdoor een grotere draag
kracht wordt bereikt, terwijl ook de mate, waarin
service kan worden verleend, afhankelijk is van de
grootte van een bank.
Aan fusie van boerenleenbanken, waardoor op de
kosten werkelijke bezuinigingen kunnen worden be
reikt, wordt aandacht besteed. In de laatste jaren zijn
zeven banken met andere gefusioneerd, waardoor een
versterkte positie werd verkregen.
Tevens blijkt uit de tabel, dat per ultimo 1951 nog
54.6 van het aantal banken een balanstotaal had
van minder dan 1.5 miljoen, terwijl dit percentage
per ultimo 1955 gedaald is tot 38.7
Het aantal banken met een balanstotaal van meer dan
5 miljoen nam toe van 29 tot 63.
9