RAPPORT
ONDERLING WAARBORGFONDS
24
VAN DE FINANCIËLE COMMISSIE 1950.
Hierdoor berichten wij U, dat de Financiële Commissie, bestaande uit vertegen
woordigers van de banken te Nijbroek, Zwijndrecht en Laren (N.H.) driemaal een bezoek
aan de Centrale Bank heeft gebracht, n.1. op 5 October en 9 November 1950 en op
29 Maart 1951.
Op 5 October 1950 vond een onverwachte kasopname plaats terwijl de Commissie
zich bovendien overtuigd heeft van de gang van zaken op de materiaal-afdeling. Ook be
sprak zij het accountantsrapport per 30 Juni 1950 en de saldibalans per 31 Juli 1950.
Het tweede bezoek op 9 November 1950 had de controle van credieten aan enkele
boerenleenbanken toegekend, ten doel alsmede - door enkele steekproeven - de controle
van credieten aan landbouworganisaties.
Bij het laatste bezoek der Commissie werden de cijfers van de balans en van de
verlies- en winstrekening aan de hand van de administratie en het accountantsrapport
gecontroleerd.
De Commissie brengt dank voor de medewerking, welke zij bij haar werkzaam
heden zowel van de zijde van de directie als van die der betrokken ambtenaren mocht
ontvangen.
Nijbroek, I
Zwijndrecht, 29 Maart 1951.
Laren (N.H.), J
De Financiële Commissie
(w.g.) Lugtmeijer.
L. Tameris.
A. B. Majoor.
25
(Opgericht krachtens art. 54 (thans art. 9 sub 3) der statuten van de Centrale Bank).
Deelgenoten van het Onderling Waarborgfonds zijn de Centrale Bank en de bij
haar aangesloten locale banken. Het is verdeeld in drie afdelingen voor elke afdeling
wordt een afzonderlijke administratie gevoerd. De balansen en rekeningen volgen op
blz. 26 en blz. 27.
Volgens de bepalingen van het Reglement op het Fonds zijn de Centrale Bank
en de locale banken onderling en tegenover elkander verbonden tot tegemoetkoming in
schade, die bedoelde verenigingen mochten lijden door
bij de Afdeling A.
1. brand, diefstal, beroving, of oplichting in de zin van art. 326 Wetboek van Straf
recht
2. tengevolge van frauduleuze handelingen van haar personeel, of van degenen, die
krachtens het besluit van het Bestuur, goedgekeurd door de Raad van Toezicht,
het kasbeheer waarnemen,
een en ander voor zover betreft de geldswaarde en alles in de ruimste zin genomen
(Schade, ten deze door de Centrale Bank geleden, wordt niet vergoed).
bij de Afdeling B.
1. verliezen, veroorzaakt door bijzondere omstandigheden, voor zover zij hierdoor
worden bedreigd in haar levensbestaan
2. die de Centrale Bank mocht lijden door verliezen op haar vorderingen op bij haar
aangesloten verenigingen, die wegens verliezen door bijzondere omstandigheden in
haar levensbestaan worden bedreigd
en bij de Afdeling C.
oninbaarheid van door die banken verstrekte voorschotten of credieten, waarvoor
geen voldoende zekerheid kan worden gesteld, doch waarvan de verstrekking uit
een oogpunt van algemeen of sociaal belang noodzakelijk werd geacht. (De hier be
doelde voorschotten of credieten kunnen uitsluitend worden verstrekt aan leden der
bij de Centrale Bank aangesloten verenigingen).