RAPPORT Accountantsverklaring. 14 Ondergeteekenden verklaren, dat zij de boekhouding en de jaarrekening over 1941 van de Coöperatieve Centrale Raiffeisen-Bank te Utrecht hebben gecontroleerd. Op grond van hun onderzoek zijn zij van meening, dat de balans per 31 December 1941 met de bijbehoorende resultatenrekening een juist beeld geeft van respectievelijk den financieelen toestand per dien datum en van de resultaten in 1941 behaald. Rotterdam, 12 Maart 1942. DIJKER, JONKERS EN CO. (Get.) A. C. J. JONKERS. VAN DE FINANC1ËELE COMMISSIE 1941. Ondergeteekenden, aangewezen door de Banken respect, te 't Zandt (Gr.), Terneuzen en Enkhuizen, vormden voor het afgeloopen jaar de Financiëele Commissie. Op 20 Juni brachten ze een aangekondigd bezoek aan het kantoor der Centrale Bank. De onkosten- rekening over Januari en Februari werd nagegaan evenals de administratie der thans helaas niet meer ver schijnende ,,Raiffeisen-Bode". De maandelijksche kascontrole vanwege de directie bleek geregeld te geschieden. Inzage werd verkregen van de rekeningen van eenige landbouworganisaties en van de taxatie rapporten betrekking hebbende op verschillende verleende hypotheken. Vervolgens kwam het Onderling Waarborgfonds ter sprake, naar aanleiding waarvan vanwege de Centrale Bank aan de aangesloten Banken een circulaire met vragenlijst is gezonden. Den 14den November werd een onverwacht bezoek aan de Centrale Bank gebracht. Allereerst werd de kas gecontroleerd. In kas was f 33.327.76, welk bedrag overeenkwam met de saldi der dagboeken. Daarna werden de laatstverschenen accountantsrapporten en saldi-balansen nagegaan. Deze zijn duidelijk en over zichtelijk ze geven een nauwkeurig beeld van de mutaties, welke in een bepaalde periode hebben plaats gevonden. De borgstelling van een tiental Kassiers werd nagegaan; aan de op dat punt bestaande ver plichtingen was voldaan. Met de Directie en den heer Van de Beek werden nog eenige meer algemeene zaken besproken. Het laatste bezoek werd heden, 31 Maart, gebracht om de Verlies- en Winstrekening met de Balans over 1941 na te gaan. De verschillende verrichte werkzaamheden geven geen aanleiding tot het maken van op- of aanmer kingen; indien gevraagd, werden steeds de gewenschte inlichtingen verstrekt. De Commissie is overtuigd, dat Directie en Personeel volkomen voor hun, in de tegenwoordige omstandigheden vaak moeilijke, taak berekend zijn. Zijldijk (Gr.) i J. JENSEMA JDzn. Terneuzen 31 Maart 1942. L. CH. WABEKE. Enkhuizen S. KUIPER Bzn. 15 Aan de Algemeene Vergadering der Coöperatieve Centrale Raiffeisen-Bank, gevestigd te Utrecht, aldaar te houden 29 Mei 1942. Ter voldoening aan art. 32 der Statuten hebben wij de eer U hierbij mede te deelen, dat door twee leden uit ons midden daartoe aangewezen, controle ten kantore der Centrale Bank is gehouden. Gemelde leden mochten ervaren, dat de boekhouding accuraat werd gehouden. Zij hebben de Verlies- en Winstrekening en de Balans der Centrale Bank over het drie en veertigste boekjaar overeenkomstig de boeken bevonden. Wij geven U in overweging het voorstel van het Bestuur tot winstbesteding goed te keuren. UTRECHT, 27 Maart 1942. De Raad van Toezicht Prof. Dr. G. MINDERHOUD, Voorzitter. C. S. van BEUNINGEN, Secretaris. K. ERIKS Azn. D. W. LINDENBERGH. Dr. S. F. A. C. M. Baron van WIJNBERGEN. W. J. KLEIN LANKHORST. N. J. H. RAAT. V. PH. VALSTAR.

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Coöperatieve Centrale Raiffeisen-Bank | 1941 | | pagina 8