6
Raad van Toezicht. Jn de Algemeene Vergadering dd. 8 Juni 1938 waren, overeenkomstig
art. 30 der Statuten, aan de beurt van aftreden de Heeren
G. W. STROINK te Steenwijkerwold
en C. S. van BEUNINGEN te Maarsbergen,
die herkozen werden.
Overeenkomstig het bepaalde bij het zelfde artikel koos Uw College
tot Voorzitter: den Heer G. W. STROINK te Steenwijkerwold.
tot Secretaris: den Heer C. S. van BEUNINGEN te Maarsbergen.
en werden tot plaatsvervangers gekozen respectievelijk de Heeren
K. ER1KS Azn. te Leeuwarden
en Dr. S. E. B. BIEREMA te Usquert.
Aan de beurt van aftreden zijn thans de Heeren
Dr. S. F. A. C. M. Baron van WIJNBERGEN te Wassenaar
W. J. KLEIN LANKHORST te Apeldoorn,
en N. J. H. RAAT te Wervershoof,
terwijl tevens voorzien moet worden in de vacature, ontstaan door het
benoemen tot bestuurslid van den Heer Dr. S. E. B. BIEREMA.
In dezelfde Algemeene Vergadering was ingevolge art. 22 dei-
Statuten aan de beurt van aftreden
de Heer Z. Th. J. F. Baron van DORTH tot MEDLER, die herkozen
werd.
Het Bestuur koos ingevolge art. 21
tot Voorzitter den Heer Ir. F. A. R. A. Baron van ITTERSUM,
tot diens plaatsvervanger: den Heer A. A. NENGERMAN en tot Secretaris
den Heer Z. Th. J. F. Baron van DORTH tot MEDLER, terwijl de
Voorzitter ingevolge art. 21 der Statuten als gedelegeerde werkzaam was.
Tot plaatsvervangende bestuursleden werden gekozen de Heeren
C. S. van BEUNINGEN te Maarsbergen,
en K. ERIKS Azn. te Leeuwarden.
Het werd gewenscht geacht met de vervulling van de vacature in het
Bestuur, ontstaan door het overlijden van den Heer Nengerman, niet te
wachten tot de eerstvolgende Algemeene Vergadering, welke in het laatst van
de eerste helft van het jaar gewoonlijk wordt gehouden, maar daarin eerder
te voorzien. Bovendien was men van oordeel, dat de huidige moeilijke
tijdsomstandigheden uitbreiding van het aantal Bestuursleden wenschelijk
maakten, als gevolg waarvan een statutenwijziging noodzakelijk werd.
Op 28 December 1938 vond een Buitengewone Algemeene Vergadering
plaats, waarin de verschillende wijzigingsvoorstellen van het Bestuur werden
behandeld en goedgekeurd en waarin tevens werd overgegaan tot de ver
kiezing van een drietal leden van het Bestuur (vacature Nengerman en
uitbreiding van het aantal zetels) als hoedanig werden gekozen de Heeren
Dr. S. E. B. Bierema te Usquert, J. L. Nysingh te de Wijk bij Meppel, en
Mr. A. van der Deure te Bennekom.
7
Inspectie.
Juridisch Bureau.
Eigen Orgaan.
Aangesloten Banken.
Rentevoet.
Accountants-Controle.
Het Bestuur besloot aan den Heer J. L. Nysingh de functie van
Vice-Voorzitter en aan den Heer Dr. S. E. B. Bierema die van Vice-Secretaris
op te dragen.
Aan de beurt van aftreden is thans, volgens nieuw opgemaakten
rooster, de Heer
Z. Th. J. F. Baron van DORTH tot MEDLER.
De afdeeling inspectie is belast met de controle op beheer en admi
nistratie der 729 Banken.
Behalve met die controle en de propaganda en voorlichting, is zij
tevens belast met het toezicht op de Coöperatieve Vereenigingen, welke
bij de Centrale Bank en de Coöp. Grondkapitaalbank voor den Landbouw
crediet genieten en met het beoordeelen der balansen van de Vereenigingen,
welke met onze Boerenleenbanken in relatie staan.
Het groote nut van dit bureau, waaraan vier juristen zijn verbonden,
blijkt uit de zeer talrijke adviezen, welke daaraan door onze Banken wor
den gevraagd.
De rechtskundige hulp, aan de leden onzer Organisatie verleend, is
buitengewoon omvangrijk en voor den goeden gang van zaken van zeer
groote waarde.
Ook dit jaar bleef ,,de Raiffeisen-Bode regelmatig iedere maand
verschijnen en wij vertrouwen, dat dit maandblad bij voortduring aan het
gestelde doel zal blijven beantwoorden.
Het aantal aangesloten Banken bedroeg op 31 December 1937 728
en vermeerderde door toetreding in 1938 met 1
zoodat dit nu bedraagt 729
Voor een overzicht van de toetreding en uittreding van de leden
(Vereenigingen) der Centrale Bank verwijzen wij naar Bijlage VI.
De rente in rekening-courant bedroeg voor de aangesloten Banken
2% voor credit en 3:ij voor debet tot 1 April, en daarna
2'Ls voor credit en 3(/> voor debet; de Banken ontvingen deze credit
rente slechts voorzoover het gedeponeerde bedrag een bepaalde grens,
verband houdende met 25 van de door haar op 31 December 1936 of 1937
opgenomen spaargelden en deposito s in rekening-courant, niet was over
schreden. Over hetgeen meer bij de Centrale Bank was gedeponeerd werd
tot 1 Juli 1 en daarna vergoed.
De rente voor jaardepots bedroeg tot 1 Maart 2% daarna 2%
De controle over de Centrale Bank had ook dit jaar plaats door de
Accountantskantoren van R. A. DIJKER te Rotterdam. Wij verwijzen
hiervoor naar de verklaring van den accountant, voorkomende op pag. 20.
