fVtP a
sy ooo- -
6 j". o o o-
d
Ifoc
3 O I
10
Rekening-Courant. Op 31 December '32 bedroeg het saldo der gedepo
neerde gelden 49.682.781,38
terwijl daarentegen aan voorschotten uitstond een
bedrag van 13 663.538,05
zoodat op 31 December 1932 meer gedeponeerd was
dan aan voorschot verstrekt 36.019.243,33
In den loop van het jaar 1933 vermeerderde de
schuld der Bank met:
gedeponeerde gelden, giro's, geïncas
seerde wissels, enzƒ189.864.749,41
bijgeschreven rente over de gedepo
neerde gelden 1852.207,38 „191.716.956,79
ƒ227.736.200,12
De schuld der Bank verminderde daarentegen met:
a. uitbetalingen per kassa, giro's, beta
lingen van accepten, betaalbaar ge
steld bij- en wissels getrokken op de
Centrale Bank enzƒ174.074.409,59
b. bijgeschreven rente over de in voor
schot verstrekte gelden 531.631,18
c. de van de aangesloten banken ont
vangen jaarlijksche bijdrage, volgens
art. 21 van het Huish. Reglement61.310,93 ƒ174.667.351,70
zoodat op 31 December 1933 meer gedeponeerd was
dan aan voorschot verstrekt 53.068 848,42
Op dien datum was aan voorschotten verstrekt
(Zie bijlage IV) 10.953 363,53
zoodat op 31 December 1933 het totaal der deposito's
bedroeg: (Zie bijlage V) 64 022 211,95
Leeningen op
langeren termijn.
Op 1 Januari 1933 was verstrekt aan 522 hypothe
caire geldleeningen een bedrag van 7.734 431,—
Deze leeningen waren gedeeltelijk onder uitsluitend
hypothecair verband, gedeeltelijk onder hypothecair ver
band met borgstelling, verstrekt aan leden der boerenleen
banken.
In 1933 werden verstrekt 8 leeningen tot een
bedrag van 126 425,
Totaal 530 leeningen te zamen 7.860.856,—
VcP /ld. O-o—y—»-^LA.
Xlp-f. 1
'f 0 tr-t-e
O-iC
11
Ontvangen werd:
aan geheele aflossingen van 16 leeningen
gedeeltelijke aflossingen
zoodat op 31 Dec. uitstaande
Transport 7.860.856,-
281.645,—
157 162,94
438.807,94
Ingekochte
onderpanden.
Belegde reserve.
was aan hypothecaire
leeningen, verdeeld over een aantal van 514 leeningen, een
bedrag van 7.422.048,06
Bovendien was op 31 Dec. '33 verstrekt aan leenin
gen op langeren termijn aan vereenigingen, bedoeld bij art.
2 al. 3 der statuten een bedrag van710.564,41
Totaal 8.132.612,47
Voor het verstrekken van gelden op langeren termijn werd slechts
gebruik gemaakt van die gelden, welke ook op langeren termijn (door de
uitgifte van deposito-obligatiën) bij de Bank aanwezig waren.
Bij één executie in 1933 waren wij genoodzaakt het onderpand zelf
in te koopen, ten einde grooter verlies te voorkomen; hierdoor steeg deze
balanspost met 12.000,
Het reservefonds was op 1 Januari 1933 in effecten
belegd tot een bedrag van 3.124.000,63
Uitgeloot werden:
3fKfjf '32:
J-O t
t/6 ot
8.000.4(4% Nederland 1916
1.000.4(4% Amsterdam 1928 III
1.000.4(4% Arnhem 1929 1
1.000.4(4% Gelderland 1926
1.000.— 4i/2% 1929
5.000.4(4% 's-Gravenhage 1926
4.000.— 4(4% 1929
1.000.— 4 1907
1.000.— 4(4% 1916
2.000.4(4Noord-Holland 1929/30
3.000.4(4% Prov. Utrecht 1930 I
2.000.4 Gem. Utrecht 1931
2.000.4(4% Alg. Fr, Hyp. Bank
3.000.— 43/2%
1.000.— 4
2.000.5 Dordr. Hyp. Bank
1.000.-4(4%
1.000.- 5 Fr.-Gron. Hyp. Bank
1.000.— 4(4%
2.000.4(4% 's-Gravenh. Hyp. Bank
1.000.5 Haarlemsche Hyp. B.
Transporteeren
8.000—
1.000—
1.000—
1.000—
1.000—
5.000—
4.000—
1.000—
1.000—
2.000—
3.000.—
2.000.—
2.000—
3.000—
1.000—
2.000—
1.000—
1.000—
1.000—
2.000—
1,000—
44.000— 3.124.000,63