12 Renteloos Voorschot. Onder dit hoofd komt alleen voor het aan het Boerenleenbank-Watersnood- Comité te Broek in Waterland verstrekte voorschotten bedrage van ƒ4000. Reserve. j-iet reservefonds bedroeg bij het begin van het boekjaar f 306.234.05' a. In den loop van het boekjaar werd aan gekweekte rente ontvangen- 1223403 b. Nog te vorderen op 31 December 1919wegensonverschenen rente- 4.296 67 Samen ƒ322 764.75' c. Daarvan gaat af het koersverlies van de effecten der be legde reserve- 13.397.51 Blijft 309 367.24' Dit bedrag is vermeerderd: Ingevolge besluit der Algemeene Vergadering van 28 Juni 1919 met het winstsaldo over 1918- 6.996.18 Zoodat het reservefonds op de balans voorkomt met 316-363.42' Geld op langeren De Algemeene Vergadering van 15 April 1916 machtigde ons tot het termijn. beschikbaar stellen van ten hoogste tien millioen aan 4 deposito-obligatiën. "f I. Deposito-obligatiën.Na verkregen goedkeuring van den Raad van Toezieht besloten wij, in verband met de talrijke aanvragen, om wederom in dit boekjaar twee en een half millioen van deze obligatiën verkrijgbaar te stellen, welke met een bedrag van 75.200, wat op 1 Januari 1919 nog in portefeuille was, werden ge plaatst met uitzondering van een bedrag van f 18.300, dat op 31 Dec. 1919 nog niet afgenomen was. Op 31 December 1919 is van het bedrag der uitstaande obligatie's ƒ600 000.uitgeloot, zoodat alstoen aan deposito-obligaties uitstond een bedrag van 7-081.700- Van de uitgelote obligaties was op 31 December 1919 een bedrag van 42 200.en van de te betalen coupons een bedrag van ƒ14.392.nog niet ter verzilvering aangeboden. II. Geld voor een Behalve de vaste gelden, verkregen door de uitgifte van deposito jaar vast obligatiën, hebben wij een bedrag van ƒ3.291.200.voor een jaar vast in depot genomen tegen eene rente van 33/4 percent. Verlies- en Zooals blijkt uit de toelichting bij den post effecten werd dit jaar Winstrekening. een koersverlies geleden ad 236 315 45, hetgeen wij geheel uit onze baten konden afschrijven. 13 Voorstellen naar aan- Ons effectenbezit komt mitsdien naar de koerswaarde van 31 December leiding der Balans. 1919 op de balans voor. Bovendien drukte op onze verlies- en winstrekening een bedrag van 4602.63' voor subsidie aan boerenleenbanken ingevolge besluit der alge meene vergadering van 25 Mei 1918; onder dit bedrag is begrepen ƒ1302.63' voor dekking van het tekort der bank te Nieuw-Namen. Niettemin wijst de winst- en verliesrekening nog een winstcijfer aan van 65.183.85. Het winstcijfer over 1919 bedraagt per saldo f 65.183.85 Wij zullen voorstellen hiervan af te schrijven: op de rekening „Meubilair"- 847.41 zoodat overblijft een bedrag van64 336 44 Hiervan moet in het reservefonds worden gestort: volgens art. 7 sub b der Statuten, de gelden welke de leden bij hunne toe-en uittreding betaalden. - 140. Resteert64.196.44 en voorts dit bedrag, overeenkomstig art. 40 der Statuten, in het reserve fonds te storten, dat daardoor zal stijgen tot 380.699 86' UTRECHT, den 31 December 1919 HET BESTUUR: F. A. R. A. Baron VAN 1TTERSUM, Voorzitter. Mr. Dr. G. F. M. Baron VAN HUGENPOTH TOT AERDT. Secretaris A. A. NENGERMAN.

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Coöperatieve Centrale Raiffeisen-Bank | 1919 | | pagina 7