6 Bestuur. Rechtsgeleerd Ambtenaar. in diezelfde vergadering moest overeenkomstig art. 10 lid 5 der Statuten als Bestuurslid aftreden de Heer Mr. Dr. G. F. M. Baron Van Hugen- poth tot Aerdt, die herkozen werd. Ter voldoening aan art. 1 zijner instructie koos het Bestuur: tot Voorzitter: den Heer F. A. R A. Baron van Ittersum, tot Secretaris: den Heer Mr. Dr. G. F. M. Baron Van Hugenpoth tot Aerdt en tot hun plaatsvervanger: den Heer Mr. M. W. L. S. Bilderdijk Tot plaatsvervangende bestuursleden werden gekozen de Heeren F. P. E. van Ditzhuijzen te Baarn en Mr. J. J. de Waal Malefijt te Utrecht. Tot ons leedwezen leed ons college een gevoelig verlies door het overlijden van ons geacht medelid den Heer Mr. M. W. L. S. Bilderdijk (overleden op 6 September 19lJ), sedert 1908 lid van ons Bestuur, wiens groote toewijding en kennis van zaken wij steeds in hooge mate hebben gewaardeerd. Bij zijne teraarde bestelling was ons Bestuur vertegenwoordigd en onze Voorzitter bracht daarbij nog een woord van hulde aan alles, wat Mr. Bilderdijk voor onze bank gedaan heeft, zoowel tijdens zijn lidmaat schap van het Bestuur als ten tijde dat hij, nog geen bestuurslid zijnde, als rechtsgeleerde de bank meermalen van advies' diende. Zijn aandenken zal ongetwijfeld bij de geheele organisatie in dankbare herinnering blijven. De werkzaamheden van den rechtsgeleerd ambtenaar breidden zich dermate uit, dat wij in verband met het besluit Uwer vergadering van 19 Mei 1917, konden en thans inderdaad ook over zijn. geheele werkkracht moesten beschikken. De adviezen, welke hij uitbracht omtrent de Statuten der bij de plaat selijke banken aangesloten vereenigingen en verschillende andere rechts vragen, welke zich dagelijks voordeden, werden door ons op zeer hoogen prijs gesteld. Bovendien controleerde hij iederen dag de boeken en de kas, teekende de depötbewijzen, deponeerde en ruilde de onderpanden en beleggingen, voor zoover deze te Utrecht aanwezig waren, terwijl hij ook. alvorens ons de inspectie-rapporten over te leggen, deze grondig naging, teneinde het onderzoek daarvan voor te bereiden. Onze bestuursvergaderingen woonde hij geregeld bij. Inspectie. De rapporten omtrent de door onzen Hoofdinspecteur en de Inspecteurs gehouden inspecties kwamen regelmatig bij ons in. Niet alleen bleek ons uit die rapporten, dat bij de Inspecties het beheer en de boekhouding van elke bank tot in bijzonderheden werden onderzocht, maar tevens mochten wij met genoegen constateeren, dat behoudens enkele uitzonderingen de besturen der locale banken de Statuten en Reglementen getrouw naleven en de kassiers in het algemeen hunne administratie met de noodige zorg verrichten. Omtrent overtredingen en tekortkomingen werd door ons met de be sturen der betreffende banken gecorrespondeerd en bij deze op verbetering aangedrongen. Onze Hoofdinspecteur werkte, waar zulks noodig was, ijverig mede aan de propaganda. Wij mogen er met vreugde op wijzen, dat het ledental mede door zijn invloed in het afgeloopen jaar met 25 vermeerderde. Het statistisch overzicht van de verrichtingen onzer aangesloten vereeni gingen over het boekjaar 1916, door de afdeeling Inspectie bewerkt en aan dit jaarverslag toegevoegd, toont duidelijk aan, dat de-ze in dat jaar zoowel in ledental als in omzet flink zijn vooruitgegaan. Administratie. Het verblijdend feit, dat het aantal der bij onze Centrale Bank aan gesloten locale banken in het afgeloopen jaar weer met een aanzienlijk aantal is toegenomen en dat vele der reeds aangesloten banken meer en meer in omvang toenamen, bracht mede, dat de werkzaamheden dezer afdeeling zich voortdurend uitbreidden. Bovendien vermeerderden die werkzaamheden aanzienlijk door nieuwe uitgifte van deposito-obligatiën en het in verband daarmede uitzetten van gelden op langeren termijn. Wij kunnen tot ons genoegen getuigen, dat ook dit jaar de afdeeling administratie met groote toewijding hare omvangrijke en verantwoordelijke taak heeft vervuld. Eigen Orgaan. Ook dit jaar bleef de Raiffeisen-Bode regelmatig iedere maand verschijnen en wij vermeenen, dat dit maandblad bij voortduring blijft bijdragen tot versterking van den band tusschen de Centrale en hare leden. De redactie bleef zich met veel ijver kwijten van haren niet gering te schatten taakf

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Coöperatieve Centrale Raiffeisen-Bank | 1917 | | pagina 4