6 De credieten voor de aangesloten banken werden door het Bestuur, in overleg met den Raad van Toezicht, na grondig onderzoek harercredietwaardigheid, vastgesteld, waarbij het voor dit boekjaar bepaalde maximum ad f 35.000 niet werd overschreden. In tegenstelling met het vorige jaar, waren in dit boekjaar de deposito's steeds voldoende, om aan de aanvragen om voorschotten te voldoen. Rente. De rente in rekening-courant bedroeg: a- 3y4 's jaars, door de Centrale Bank te vergoeden voor alle stortingen van en te berekenen voor alle betalingen aan de locale Banken, zoolang deze van de Centrale Bank te vorderen hadden b- 41/4 's jaars, door de Centrale Bank te berekenen voor alle betalingen aan en te vergoeden voor alle stortingen door de locale Banken, zoolang deze bij de Cen trale Bank in voorschot waren. Provisie, promessezegels, porto's en assurantiekosten werden niet in rekening gebracht* Raad van In het afgeloopen jaar is in dit college geen verandering gekomen. Aan de beurt Toezicht. van aftreding zijn in 1906, de Heeren: Jhr. G- J. Dommer van Poldersveldt. (President) J. L. Pauwen. G. A. A. Knaap. Pzn. Herkiesbaar volgens art. 14 der Statuten, Bestuur. In de algemeene vergadering, gehouden in 1905, werd in plaats van den HeerMR. W. H. E. Baron van der Borch tot Voorzitter gekozen Jhr. W. E. Bosch van Oud- Amelisweerd, terwijl de Heer van der Borch bestuurslid bleef. Aan de beurt van aftreding in 1906 zijn de Heeren: Jhr. W. E. Bosch van Oud-Amelisweerd (President). Jhr. Mr. H. Gevers. J. Bs. Westerdijk. Herkiesbaar volgens art 14 der Statuten. Inspectie. Ten gevolge van de vermeerdering der aangesloten banken bleek ons de benoeming van nog een controleur noodzakelijk. Als zoodanig werd door ons met ingang van 1 Januari 1906 aangesteld de Heer J. C. A. M. van Kluijve te Dinxperlo. De rapporten, door de Inspectie uitgebracht, wijzen op een nauwgezet beheer en eene goede administratie der aangesloten banken. Tal van lezingen werden gehouden en waar gewenscht, verschenen in locale bladen artikelen over het nut en verslagen betreffende de werking der boerenleenbanken. Administratie. De omzetcijfers van het afgeloopen jaar wijzen er op, dat de werkzaamheden van dezen tak van dienst zich meer en meer uitbreiden, mede ten gevolge van het stijgend wisselverkeer, en de voortdurende controle der in onderpand ontvangen fondsen. De regelmatige gang van zaken werd zeer bevorderd door de medewerking van de kassiers der locale banken, als mede door de aanstelling van een adjunct-boekhouder. Als zoodanig werd door ons met ingang van 1 Januari 1905 benoemd de Heer Chr. Verkroost te Utrecht. 7 Aangesloten Banken en Coöperatieve Vereenigingen- Bij het einde van 1904 was het aantal banken 129, terwijl in 1905 toetraden 41. Bovendien werd als lid aangenomen de Coöp. Melkinrichting „Zaanlandia" te Zaandameene Vereeniging met onbeperkte aansprakelijkheid. In het afgeloopen jaar hield op lid te zijn de bank te Stellendam wegens ont binding, zoodat het aantal aangesloten Vereenigingen op 31 Dec. 1905 bedroeg 170. Sedert het bestaan der organisatie is bovengenoemde ontbinding het eerste geval van liquidatie van een onzer aangesloten banken. Oorzaak was gebrek aan deelname. Bij de ontbinding behoefden de leden geen tekort te dekken. Een overzicht van de toetreding en uittreding van de leden der Centrale Bank (Leenbanken en andere Coöp. Vereenigingen) vindt men onder bijlage No. 8, bladzijde 22.

Rabobank Bronnenarchief

Jaarverslagen Coöperatieve Centrale Raiffeisen-Bank | 1905 | | pagina 4