Overeenkomstig art. 16 der Statuten hebben wij de eer U hierbij
over te leggen de Rekening en Verantwoording over het tweede boekjaar
onzer Vereeniging, loopende van i Januari 1900 tot 31 December 1900.
Gelden in deposito. In het geheel is in den loop van liet boekjaar 1/3775.08 bij ons
belegd. Deze gelden werden, voor zooverre zij niet dienden om voorschotten
te geven, door ons uitsluitend op prolongatie uitgezet.
Uitgeleende gelden. Het uitleenen van geld aan de aangesloten banken geschiedde steeds
op promessen. In het afgeloopen boekjaar is door ons 54900.uitgeleend.
Het hoogste voorschot aan een zelfde bank gegeven bedroeg 12300.
zoodat het maximum ad ƒ20000.door de Algemeene Vergadering daarvoor
vastgesteld, niet werd overschreden.
De deposito's waren in de maanden April, Mei en Juni van het
afgeloopen jaar niet voldoende om aan de geldbehoeften der aangesloten
banken te voldoen.
Wij waren dus verplicht onze promessen bij de Amsterdamsche Bank
te verdisconteeren, op welke laatsten door den hoogen rentestandaard verlies
is geleden.
Voor een bedrag van 25400.hebben wij daarvan gebruik gemaakt.
Rente. Dientengevolge hebben wij ten allen tijde aan elke aanvraag om geld
kunnen voldoen, en dat wel tegen eene rente van slechts 4pet. netto
(dus zonder eenige bijbetaling voor provisie of voor onkosten), terwijl elders
eene veel hoogere rente moest betaald worden om op promessen geld op
te nemen.
De rente, die wij voor deposito's vergoedden bedroeg over het afge
loopen jaar 3 pet. tot 15 November, daarna werd zij verhoogd tot 31 4 pet.
Bestuur. In het Bestuur noch in den Raad van Toezicht kwam dit jaar geen
andere verandering, dan dat door den Heer Mr. Alpii. VAN RljCKEVORSKL
ontslag werd genomen daarin hebben thans zitting de Heeren zooals hier
boven is vermeld.
Inspectie. In het afgeloopen jaar werd van deze afdeeling door haren steeds
grooter wordenden omvang en meerdere werkzaamheden zeer veel gevergd.
Vooral het maken van propaganda, waarmede de Inspecteur belast is, nam
zeer veel tijd in beslag en gaf tot een uitgebreide correspondentie aanleiding.
Deze propaganda werd op verschillende wijze ten uitvoer gebracht,
als door dagbladartikelen, causerieën, berichten, het houden van lezingen,
waartoe aan 300 verschillende afdeelingen van den Nederl. Boerenbond, de
Hollandsche Mij. van Landbouw en andere lanclbouwvereenigingen een
circulaire werd verspreid, waarin de Inspecteur zich gratis beschikbaar stelde
tot het houden van lezingen, het oprichten van Banken, enz. en door de
uitgave van een propaganda-geschrift dat op zeer ruime Schaal verspreid werd.